Categorie: Dieren – Animals

Pallas’ Eekhoorn – Update

Pallas’ Eekhoorn – Update

11:20 – Toevallig staan manlief en ik voor het raam als we de Pallas’ eekhoorn op de houtstapel zien klimmen, en de noot die helemaal vooraan in de val ligt ziet beetgrissen en ermee wegrennen. Hij verdwijnt ermee in de houtberging aan de andere kant van de schuur.
11:25 – Als we opnieuw naar buiten kijken, zie we iets bewegen in de val… Inderdaad, de noten bleken zo aanlokkelijk dat het beestje al meteen weer teruggekomen was, en letterlijk in de val liep…

Intussen heeft de researcher die de vallen plaatste al een mailtje gehad dat hij ze terug kan komen halen… met inhoud.

Paniek in eekhoornland

Paniek in eekhoornland

‘Ik heb daarnet een foto gemaakt van een eekhoorn die bij de voederplank kwam eten’, zei manlief een paar dagen geleden plots, ‘en volgens mij was het geen Europese Eekhoorn’.
Een snelle blik op de foto maakte in elk geval duidelijk dat dat laatste absoluut klopte. Natuurlijk zijn onze inheemse eekhoorns echt niet altijd ros van kleur – een paar jaar geleden liep er hier in de tuin een bijna zwart exemplaar rond – maar dit beestje was bijna bruingroen, en miste de zo kenmerkende oorpluimpjes van onze rode eekhoorn.
Het was niet de eerste keer dat we deze winter eekhoorns zagen. Ik zag een paar keer overduidelijk een rosse, maar manlief had al eerder melding gemaakt van een donker exemplaar bij de vogelvoederplek.

Pallas’ eekhoorn – Callosciurus erythraeus

De soort die volgens Meester Google het meest op de geportretteerde leek, was de Pallas’ eekhoorn, maar op waarnemingen.be vond ik daar geen enkele melding van, en die benoemde deze uit China afkomstige eekhoorn dan ook als ‘zeer zeldzaam’. Ik plaatste de waarneming in elk geval op de site als een ‘onzekere Pallas’ eekhoorn‘, en kreeg binnen no-time een bevestiging van de ‘admin-zoogdieren’ dat het wel degelijk een Pallas’ eekhoorn was…

De Pallas’ eekhoorn in Vlaanderen en Nederland

In 2005 ontdekte men in Dadizele een populatie van deze eekhoorn. Waarschijnlijk zaten ze daar al langer, maar het was pas toen ze echt schade begonnen aan te richten, dat ze de aandacht trokken. Men is de dieren daar gaan wegvangen, en ze zijn – na sterilisatie van de mannetjes – overgebracht naar een kooi in een bungalowpark in Nederlands Limburg. (Zie ook Adriaens et al. Biol. Invasions (2015), 17:2517-2526)

In Nederland is er ook een populatie bekend, ontstaan uit een paar in 1998 ontsnapte eekhoorns van een dierenhandelaar in Weert. In 2011 is men ook die populatie gaan wegvangen, en die is intussen ook zo goed als uitgeroeid.
Het artikel op waarnemingen.be over deze soort besluit met:

Nadat de populatie in Nederland zo goed als uitgeroeid was door de intensieve vangacties, kunnen de vangacties zich nu beperken tot het plaatsen van vallen op locaties met concrete waarnemingen en wordt regelmatig gezocht naar sporen om de allerlaatste dieren weg te vangen en te vermijden dat de populatie zich weer uitbreidt. Omdat in 2012 en 2013 ook aan onze kant van de grens nog dieren en nesten waargenomen werden, breidden de Nederlanders in samenspraak met de Vlaamse overheid hun inventarisaties en wegvangacties in 2013 uit naar de Vlaamse grensregio, waardoor hopelijk ook daar alle Pallas’ eekhoorns verwijderd werden.

Waarom uitroeien?

pallaseekhoorn
foto: GothPhil – Taipei
CC license
De Pallas’ eekhoorn is als ‘huisdier’ in onze streken aanbeland. Tegenwoordig is het overigens verboden om de soort nog als huisdier te houden, zowel in Belgë als in Nederland. Maar intussen zijn er dus in het verleden wel een aantal van de eekhoorns ontsnapt. De diertjes zijn ongeveer even groot als onze inheemse eekhoorn, maar hebben een olijfkleurige vacht, soms met een oranje buik (wordt daarom ook wel eens roodbuikeekhoorn genoemd). Zoals mij al meteen opviel hebben ze ronde oortjes zonder de opvallende pluimpjes van onze rode eekhoorn.
De Pallas’ eekhoorn heeft een minder groot gebied nodig dan de inheemse. Een rode eekhoorn heeft een territorium van zowat een halve hectare nodig, maar op zo’n gebied kunnen vier Pallas’ eekhoorns leven, en hun voedselbronnen zijn compleet gelijk aan die van de rode. De inheemse eekhoorn verdwijnt daardoor in gebieden waar de Pallas’ eekhoorn voorkomt.

Daarnaast wordt melding gemaakt van schade door de eekhoorns aan bomen en telefoonkabels, aan houten dakconstructies en plastic buizen. Nu durft onze inheemse eekhoorn ook wel eens boomtwijgen schillen, maar de roodbuikeekhoorn zal ook dikke takken en flinke boomtoppen ‘ringen’ waardoor ze volledig afsterven.

Naschrift

Nog geen dag nadat ik ‘onze’ eekhoorn gemeld had, kreeg ik opnieuw een mailtje. Van het agentschap Bos en Natuur dit keer.

Beste,
 
We kregen de melding door dat u een Pallas’ eekhoorn hebt waargenomen in uw tuin. Aangezien deze soort sterk invasief is en een bedreiging voor de inheemse rode eekhoorn vormt, hadden we het dier graag weggevangen.
 
Kunnen we u telefonisch contacteren om verdere afspraken te maken?

En gisteren, twee dagen nadat ik de foto op waarnemingen.be plaatste, stond er al een vangkooi naast de voederplank.

Meer over zoogdieren in mijn tuin:

Slechte Overdracht

Al een paar jaar na elkaar legden onze twee kippen precies op 25 januari hun eerste eitje na hun ‘winterstop’.
Hoe we dat zo precies weten?
Wel, het is intussen alweer 19 jaar geleden dat exact op 25 januari onze zoon voor het eerst (maar lang niet voor het laatst) van zich liet horen.
Al een paar jaar dus complimenteren we onszelf dus met het bezit van een toompje kippen dat de verjaardag van onze zoon onthoudt, en zelfs zo attent is om een cadeautje te voorzien.

Maar dat toompje kippen werd een half jaar geleden gehalveerd door – waarschijnlijk – een grote hond (een vos zou ook in het nachthok zijn binnengedrongen en een grotere ravage hebben aangericht.) Al snel kwamen er twee nieuwe kippen bij, die, zoals een kip die in een niet-kunstmatig-verlichte omgeving leeft betaamt, in de herfst ook weer prompt met leggen stopten.

De overblijvende ‘ouwe’ stierf intussen een onverwachte – maar natuurlijke – dood.
Het was dus even afwachten wanneer we weer op eitjes getrakteerd zouden worden.

Maar blijkbaar is de informatieoverdracht van ‘de ouwe’ naar ‘de nieuwe’ toch niet helemaal correct verlopen…
De eerste eitjes
Of wilden de kippetjes er zich van verzekeren dat ze zeker niet te laat waren met hun verjaardagscadeau? In elk geval vonden we dit jaar al op 23 januari de eerste eitjes van het jaar in het legnest!

Gelukkige Verjaardag, zoonlief! En veel succes met je laatste examens!

Meer over ons neerhof:

Keep, keep-keep…

Een paar dagen geleden schreef Muggenbeet nog, dat de winter nog veel te slap is voor keep en sijs. Ik kan hem daar niet anders dan volledig gelijk in geven, en toch…

Al vanaf begin december zitten er dagelijks kepen op onze voedertafels… Niet één, niet twee, maar regelmatig wel een stuk of vijf. En koud kon je het toen echt niet noemen.
Er kwamen er dus toch al vroeg een paar naar onze streken afgezakt… En ik zou AnneTanne niet zijn, als ik niet op zoek ging of er nog een andere verklaring voor hun verschijnen kan zijn dan het koude weer…

Fringilla montifringilla, keep, brambling
Keep | Fringilla montifringilla

Lees hier meer over dit kleurige vogeltje

De vlinders wisten dat het vandaag volkstelling was!

Boomblauwtje - Celastrina argeolus
Boomblauwtje – Celastrina argeolus

Het vlindertelweekend 2015 bleek al na amper een uurtje observeren een voltreffer in mijn tuin!

Blauwtjes

Het begon al toen we vanmiddag zaten te eten op het terras, en ik – tussen de oranje en (de iets minder overdadig rondfladderende) bruine zandoogjes op de wilde marjolein – plots ook een paar blauwige vlekjes zag rondfladderen.
We hebben zoonlief altijd geleerd dat hij tijdens het eten niet van tafel mag lopen, maar als we buiten eten, dan kan ik me regelmatig zelf niet aan die regel houden. Ik schoof mijn stoel dus achteruit, liep naar de bloemenborder, en stoof vervolgens naar binnen om mijn camera beet te grissen. De lens was niet de meest geschikte, maar in elk geval had ik ‘bewijsmateriaal’!
Het lichtblauwe vlindertje dat ik het eerst had opgemerkt was een boomblauwtje. Nu zie ik dat beestje wel vaker, maar gewoonlijk fladdert het rond, zonder dat het mij toestemming geeft om het te fotograferen. Vandaag bleef het geruime tijd fourageren op de wilde marjolein, en zo kreeg ik toch de kans om het – ondanks een niet-optimale lens – op de gevoelige plaat vast te leggen…
Lees verder “De vlinders wisten dat het vandaag volkstelling was!”

Een Mier die denkt dat ze een Bidsprinkhaan is?

Miersikkelwants…

Ik had er nog nooit van gehoord…
Maar een paar weken geleden toen ik ergens op een forum rondkeek, zag ik een fotootje van een mier die leek te doen alsof ze een bidsprinkhaan was. Het bleek dan ook geen mier te zijn, maar de nimf van een miersikkelwants.

Miersikkelwants - Himacerus mirmicoides (nimf)
Miersikkelwants – Himacerus mirmicoides (nimf)

Lees verder “Een Mier die denkt dat ze een Bidsprinkhaan is?”

Wat een Blaaskop!

Toen ik gisteren probeerde een paar leuke foto’s te maken van de koevinkjes die in grote getale in onze tuin rondvliegen, merkte ik plots een vliegje op dat er op z’n minst ‘bijzonder’ uitzag.

Roestbruine Kromlijf | Sicus ferrugineus
Roestbruine Kromlijf | Sicus ferrugineus

Het beestje had de korte antennes die duidelijk maakten dat het een vlieg was, maar toch zou ik het beestje in de gauwte misschien eerder als een wespje hebben aanzien.
Omdat de ogen van het beestje behoorlijk ver uit elkaar stonden, ging ik eens snuisteren tussen foto’s van blaaskopvliegen, en jawel hoor… Bingo!
Lees verder “Wat een Blaaskop!”

Dikkopjes in en uit het water…

Groot Dikkopje - Ochlodes sylvanus ♂
Groot Dikkopje – Ochlodes sylvanus ♂

Eigenwijze Bart was er weer een paar dagen vroeger bij dan ik om een schoon portretje van een Groot dikkopje te publiceren. En meteen was ik weer eens op mijn plaats gezet. Bij die van Bart vallen mijn fotografie-kunsten echt in het niet.
Wat niet wegneemt dat ik met dit plaatje van dat vlindertje ook wel blij ben… (het beestje zelf staat er niet slecht op, maar die drukte op de achtergrond… Klik op foto’s voor groter formaat)
Dat het een mannetje is, kan je zien aan de donkerbruine streep op de voorvleugel. Die streep bestaat uit geurschubben. Bij vlinders is het immers meestal het mannetje dat het vaakst parfum opheeft.

Al bij al is het erg kalm op het vlinderfront dit jaar. Niet alleen nu tijdens de beruchte juni-dip, maar ook al eerder bleef het verdacht rustig (te koud?).
Het Bont Zandoogje behoort hier bij het meubilair, dat schrijf ik nog nauwelijks meer op mijn streeplijst. En Koolwitjes vinden ons eeuwig moes ook nog steeds lekker. Maar verder? Een paar citroentjes in het vroege voorjaar, een oranjetip wat later. Vorige week ergens een bruin zandoogje…
Oh ja, en muntvlindertjes, veel muntvlindertjes.
Maar daar houdt het een beetje mee op. Gelukkig dus, dat dat dikkopje nog af en toe rondfladdert.

En ze fladderen hier niet alleen rond, ze zwemmen hier ook.
We kijken al sinds de aanleg van de zwemvijver elk jaar rijkhalzend uit naar de eerste kikkerdril of de eerste paddensnoeren, maar hoewel die beesten zich graag komen vermaken in de vijver, lijken ze hem niet echt te appreciëren als biotoop voor hun kroost.
Maar toch zwemmen er dikkopjes!
De eitjes hebben we nog nooit kunnen ontdekken… Salamanders deponeren hun eitjes immers allemaal afzonderlijk of in kleine groepjes tussen waterplanten. Dat feit alleen al, dat we geen dril of paddensnoeren hebben gezien wijst al op salamanders, maar ook het feit dat de dikkopjes die er in de vijver zwemmen uitwendige kieuwen hebben, hoewel ze intussen al , vertelt ons wie onze zwemvijver als kraamkamer gebruikt.

Salamander-dikkopjes
Salamander-dikkopjes

Ja, helemaal een abominabele foto… Ik zat aan de vijverrand met de bedoeling een paar bootsmannetjes te fotograferen, toen er ineens een salamanderlarve voorbijzwom. En terwijl ik aan het scherpstellen was, kwam nummer twee voorbij.
Welke salamanders er hier op de foto staan, zou ik echt niet weten. In onze tuin hebben we zowel de alpenwatersalamander als de kleine watersalamander al gezien, dus het zal wel één van die twee zijn.
En als ik de plaatjes vergelijk met die van de larven van beide soorten die op het internet te vinden zijn, lijkt de alpenwatersalamander het meest waarschijnlijk…

OK… wie dit postje goed gelezen heeft, weet wat ik mogelijk voor de komende dagen in petto heb (en misschien helpt dit zinnetje mij om er de vaart in te houden…)

Boktorren in ’t geel en in ’t blauw…

‘Boktor’ is een woord dat menig huiseigenaar de schrik om het hart doet slaan… Maar hoewel de larven van de meeste soorten inderdaad vooral in dood hout leven, is het met name de huisboktor die flinke schade aan bijvoorbeeld dakconstructies kan aanrichten.
De meeste soorten zijn echt veel onschuldiger.
Maar er zijn er wel een paar bij, die flink hun best doen er gevaarlijk uit te zien. En dat doen ze door kleurencombinaties die er ‘wespachtig’, of toch op z’n minst opvallend uitzien.

Geringelde smalbok - Rutpela maculata
Geringelde smalbok – Rutpela maculata

Op mijn streeplijst van tuindieren kon ik afgelopen zondag niet alleen de Grote Wolbij, maar ook de Geringelde smalboktor (Leptura maculata, syn. Rutpela maculata) afstrepen (met dank aan Muggenbeet – wiens foto stukken mooier is dan de mijne – voor de correcte identificatie).

Lees verder “Boktorren in ’t geel en in ’t blauw…”

Grote Wolbij

  1. Wilde bijen in mijn tuin – nestelend in de aarde
  2. Koekoeksbijen… krakers van ondergrondse nesten
  3. Een vosje in de kippenren!
  4. Met een bijenhotel lok je geen bijen…
  5. Bij-denkingen
  6. Het bijenhotel gevonden!
  7. Grote Wolbij
  8. Gehoornde metselbij – Osmia cornuta
  9. Linnaeus en de Rosse Metselbij
  10. Week van de bij: Grote Wolbij
  11. Week van de bij: Weidehommel
  12. Week van de Bij: de Tuinbladsnijder, een behangersbij
  13. Een nakomertje: Grote klokjesbij
  14. Wilde bijen in mijn tuin: de Tronkenbij
Grote Wolbij - Anthidium manicatum ♂
Grote Wolbij – Anthidium manicatum ♂



Het lijstje van wilde bijen die ik in mijn tuin gezien heb is weer een soort rijker geworden.
Gisteren zag ik op het oranje havikskruid plots een tamelijk grote wilde bij (bijna 2 cm lang), met een opvallende geel-zwarte tekening. Dat maakte determineren natuurlijk tamelijk gemakkelijk, en al snel wist ik zeker dat het een mannetje van een Grote Wolbij was.

Een bijzondere of zeldzame soort is het zeker niet. De Grote Wolbij verzamelt de ‘wol’ van harige planten, en omdat zulke planten in tuinen wel vaker worden aangeplant, is ze daar vaak te vinden, en wordt dan ook als een cultuurvolger beschouwd.
Lees verder “Grote Wolbij”