Categorie: Tuin – Garden

Cherokee Trail of Tears (Droogboon)

Logo - International Year of Pulses 2016Phaseolus vulgaris 'Cherokee Trail of Tears'Ik hou van planten waar een verhaal aan vastzit…
En ik hou van groenten waar een verhaal aan vastzit, van voedsel, dat meer is dan maagvulling, maar waar geschiedenis aan verbonden is.

Volgens mij is dat iets wat we verloren hebben toen we ons voedsel steeds meer door anderen gingen laten verbouwen: het verloor zijn hart, zijn geschiedenis.
De glanzende zwarte zaden die vandaag het onderwerp van dit blogje zijn, zitten niet alleen boordevol voedingswaarde, maar ook nog eens tjokvol geschiedenis…

Cherokee Trail of Tears

Klik hier voor het verhaal van deze boon…

Onder de Beuk in Januari

Jaren geleden hield ik het een tijdlang vol om op de eerste dag van elke maand een foto te posten die ik die dag had gemaakt, telkens vanuit exact hetzelfde standpunt.
Laat ik eens proberen daar een soort vervolg aan te geven.
Niet meer op de eerste dag van de maand, maar ‘ergens in de loop van de maand’.
En misschien niet altijd helemaal hetzelfde standpunt, maar wel telkens hetzelfde plekje in mijn tuin…

Onder de beuk in januari
Onder de beuk in januari

We noemen het nog altijd ‘onder de beuken’, maar eigenlijk is het al een paar jaar ‘onder de beuk en de haagbeuk’. Vroeger stonden hier inderdaad twee beuken, waarschijnlijk eeuwelingen, en tussen hen beiden in een haagbeuk.
Een paar winters geleden moesten we één van de twee beuken laten vellen.

Wat er daar in januari te zien is…

Het jaar van de Boon – #IYP2016

Logo - International Year of Pulses 2016Het was Kees de Boon die me er al bloggend op attent maakte, dat 2016 door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties is uitgeroepen tot het ‘Internationaal Jaar van de Peulvruchten‘ (International Year of Pulses).

En laat ik nu toevallig een hele grote boon hebben voor boontjes…
Het schijnt dat in mijn studentenjaren, wanneer ik in het weekend naar huis terugkeerde, mijn jongere zusjes mijn moeder zo nu en dan smeekten om ‘deze week eens niet aan ons Zus te vragen wat ze wil eten…’ Want die meisjes hadden er stilaan genoeg van om elk weekend opnieuw boontjes geserveerd te krijgen omdat hun grote zus dat nu toevallig zo verschrikkelijk lekker vond… eh, vindt.

In diezelfde studentenjaren leerde ik ook mijn eigen potje koken, en leerde ik als vegetariër eindelijk de eindeloze mogelijkheden van peulvruchten kennen. Het Internationaal Jaar van de peulvruchten heeft inderdaad niet die sperzieboontjes of peultjes of zelfs geen suikererwtjes als focus, maar bedoelt met ‘peulvruchten’ wel degelijk de zaden van de Leguminosae.
Die droogbonen, erwten, linzen, soja… hebben niet alleen een hoge voedingswaarde, maar doordat ze gedroogd bewaard worden zijn ze niet alleen heel lang houdbaar (hooguit moet je ze wat langer koken, maar met een degelijke drukpan is zelfs dat klusje snel geklaard), maar zijn ze ook erg economisch (je hoeft geen extra water te vervoeren, dat voeg je immers pas toe als je ze klaarmaakt…).
De website van het International Year of Pulses heeft dan ook niet voor niets als tagline ‘Nutrituous Seeds for a Sustainable Future’.
Ik ga daarom proberen om ook op mijn blogje af en toe wat aandacht te schenken aan dit International Year of Pulses, door regelmatig een bijzonder ras of soort van peulvruchten onder de aandacht te brengen.
Het eerste verhaal brengt me naar een hele zwarte bladzijde in de Amerikaanse geschiedenis…

(Come and see next Thursday!)

Cyclamen coum bloeit! (Plant van de maand*?)

Cyclamen coum in het hazelaarbosje
Cyclamen coum in het hazelaarbosje – in the hazel grove

*) Plant van de maand – Garden Bloggers Bloom Day

Lang geleden dat ik nog aansloot bij Garden Bloggers Bloom Day… Dat deed ik in het verleden meestal met een lijstje van wat er die maand in bloei was in mijn tuin. Maar laat ik eens proberen om voortaan op Garden Bloggers Bloom Day aan te sluiten bij de ‘Plant van de Maand‘ traditie die in de periode dat ik even uit de blogosfeer verdwenen was ontstaan lijkt. Ik vind het leuker om een bloeilijstje te publiceren in het begin van de maand, en dan halverwege de maand één plant wat uitgebreider te bespreken.
Dit is geen vaste belofte, maar wel een poging om mezelf te motiveren wat regelmatiger op mijn toetsenbord te tokkelen…

It’s quite some time ago that I wrote a blogpost for Garden Bloggers Bloom day…  In the past I often published an extensive list of each and every blooming plant in my garden (or at least in winter it was an extensive list!).  But let me try to join the ‘Plant of the Month’ tradition that arose in my long period of absence from the blogosphere…  
I’ll try to make a list of blooming plants in the first days of each month, and discuss one single blooming plant in more detail on Garden Bloggers Bloom Day… But, this is far from an absolute promise… Just trying to motivate myself to start writing on a more regular base! However, no English translation for now, for I don’t know if I still have any English speaking visitors…

Cyclamen in de tuin

Er zijn twee soorten cyclamens die courant in de tuin worden aangeplant, en ten tuine AnneTanne groeien ze allebei.
Vanaf half augustus (in 2015 zelfs al vanaf eind juli) geeft de Cyclamen hederifolium (syn. Cyclamen neapolitanum, Napolitaanse cyclamen) kleur onder de beuken, en hoewel ze in de loop van november meestal uitgebloeid raken, geeft hun gemarmerde blad nog kleur tot de beuken weer in blad staan.
Maar in een meer verscholen hoekje van de tuin heb ik ook de Cyclamen coum staan. Deze rondbladige cyclamen, of cyclamen van Coa, is in tegenstelling tot de vorige een echte winterbloeier.
Meer over Cyclamen coum

En waarom heet dat Zwart-Moes-Kervel?

  1. Zwartmoeskervel – vers groen in winterse dagen
  2. Zwartmoeskervel in de keuken
  3. Zwartmoeskervel doorheen de geschiedenis
  4. En waarom heet dat Zwart-Moes-Kervel?
  5. Doorwaskervel – Het blijft in de familie…
  6. Zwartmoeskervel, die lorejas zaait zichzelf uit!
  7. Gestoomde zwartmoeskervel
Zwartmoeskervel - zaad
Zwartmoeskervel, zaad (Parque Natural de las Sierras Subbéticas – Cabra (Cordoba))
Foto: Jaoquím Ramírez ©

 
 
Met voorsprong de boeiendste lessen Nederlands uit mijn middelbareschooltijd waren de lessen etymologie. Ongelooflijk interessant vond ik het, om te horen wat de oorsprong was van de familienaam van al mijn klasgenoten, van allerlei oude straatnamen in mijn gemeente. (We hadden dan ook een leerkracht die dat onderwerp heel begeesterd kon behandelen. Een aantal jaren later werd Vic Mennen trouwens Doctor in de Germaanse Filologie met een verhandeling over de ‘Topononomie van de Vrijheid Lommel’.)
En toen in de jaren 2003-2004 ‘AnneTannes Kruidenmand’, de voorloper van AnneTannes Tuin, vorm kreeg, vond je in alle kruidenbeschrijvingen ook een paragraaf over de herkomst van de plantennaam, en over de volksnamen waaronder die plant bekend was. (Je kan die kruidenbeschrijvingen via dit menu, en via de knop ‘over kruiden’ in de horizontale menubalk nog steeds terugvinden.)
Ik weet niet wie er behalve ikzelf geïnteresseerd is in de naamsverklaring van Zwartmoeskervel, maar ik heb me in elk geval flink geamuseerd met het doorzoeken van boeken en internet, op zoek naar de ultieme uitleg, en naar volksnamen in allerlei talen…

Zwartmoeskervel. Zwart-Moes-Kervel

Zwartmoeskervel behoort, net zomin als Roomse Kervel, tot het geslacht Kervel. Voor de etymologie van ‘kervel’, verwijs ik naar etymologiebank.nl, ik zoek vooral een verklaring voor ‘zwartmoes’.
‘Moes’ is alvast niet moeilijk: hieraan zie je meteen dat Zwartmoeskervel in de middeleeuwen een plant was die vaak in groentebrij, groentestoofpotten gebruikt werd.
Maar dat ‘zwart’? De meeste bronnen noemen de zwarte zaden als verklaring.
Zie foto hierboven, maar ook op een foto op de website van Maurice Godefridi zijn de pikzwarte zaden en bloeischermen mooi te zien (tweede foto).

En toch, en toch…
Eigenzinnig als ik ben, ik weet toch niet zeker of dat ‘zwart’ echt slaat op de zaden, of toch niet eerder op het ‘moes’. Ik heb immers tijden het klaarmaken van de groente een paar keer gemerkt dat als ik ze wat (te) lang stoofde, meekookte, het donkergroen af en toe een niet zo aantrekkelijke grijsgroene kleur kreeg. Zou het daar misschien op slaan?
Vroeger heb ik overigens af en toe in ongeëmailleerde potten gekookt. Ik merkte toen dat sommige groene bladgroenten door de reactie met het blote ijzer zwartgroen verkleurden. Kan dat een verband hebben met ‘zwartmoes’?

Volksnamen?

‘Hedendaagse’ volksnamen voor zwartmoeskervel zijn er niet… Een plant die niet meer bekend is, daar heb je immers ook geen naam meer voor.

Smyrnium olusatrum

Smyrnium

In de klassiek oudheid heette zwartmoeskervel in het Grieks ‘Smyrnion’. Dat woord ontstond uit ‘smýrne’, dat op zijn beurt een verbastering zou zijn van ‘Smyrnaia myrra’, en dat zou betekenen ‘Myrrhe uit Smyrna’.
‘Smyrnion’ zou dan ook betekenen: ‘een plant waarvan de zaden naar myrrhe ruiken’.

olusatrum

Zwartmoeskervel heeft in het Duits, Engels en Frans telkens een hele andere naam, en telkens klinkt die ook heel anders dan de Nederlandse.
Maar in dit geval ligt de betekenis van de wetenschappelijke soortnaam wel heel dicht bij de Nederlandse betekenis:
‘Olusatrum’ is immers samengesteld uit ‘holus’ en ‘ater’.
Ater betekent ‘zwart’, en zou (alweer volgens dat Duitse etymologische woordenboek) dus verwijzen naar de kleur van de zaden, die ook opvallend groot zijn.
Holus betekent dan weer ‘een gekweekte of in het wildgroeiende plant die als groente gebruikt wordt’… Moes dus..
Smyrnium olusatrum is dus een ‘plant waarvan de zwarte zaden naar myrrhe ruiken en die als groente gebruikt wordt’.

Engels: Alexanders

Volksetymologisch is de verklaring van ‘Alexanders’ heel gemakkelijk… “Het gaat om een plant afkomstig uit het rijk van Alexander de Grote (zie ook mijn eerder blogberichtje over Zwartmoeskervel in de geschiedenis).”
Ook Middeleeuwse Nederlandse namen wijzen in die richting: lees maar mee in het Cruydeboek van Dodoens:

In de Apoteken is het teghenwoordigh ghewas niet sonder dwalinghe Petroselinum Macedonicum gheheeten, oft Petroselinum Alexandrium; ende hier te lande van den ghemeynen man Peterselie van Macedonien, oft Peterselie van Alexandrien; in Spaegnien oock Perexil Macedonico;

In de apotheken is het tegenwoordig gewas niet zonder dwaling Petroselinum Macedonicum genoemd of Petroselinum Alexandrium en hier te lande van de gewone man peterselie van Macedonië of peterselie van Alexandrië

Maar, zoals de Woelmuizenier een paar dagen geleden terecht opmerkte: Die verklaring is wat al te gemakkelijk. Toen de Romeinen de plant in onze contreien invoerden, was dat voor hen een doordeweekse voedselplant. Het zou dan ook vreemd zijn, dat men zich in Noordwest-Europa plots realiseerde dat de groente uit Klein-Azië, Alexandrië afkomstig was, en dat men in de naam daarnaar zou verwijzen.
Er is inderdaad ook nog een andere, en volgens mij waarschijnlijker verklaring: De Latijnse benaming ‘Olus atrum’, die al bij Columella en Plinius de Oudere is terug te vinden, zou zijn verbasterd tot oleratum, olisatrum, olosatrus of olixatrum, om vandaaruit in ‘Alexandr(in)um’ te veranderen, toen men er de betekenis van ‘zwarte moesgroente’ niet meer in herkende.

Volksnamen in het Engels

  • Hors parsley
  • smyrnium

Duits: Pferdeeppich

Pferdeeppich, ‘Paardeneppe’ dus…
‘Eppe’ was in de Middeleeuwen hier ten lande de benaming voor selder, en net als het Duitse Eppich is dat via het Oudhoogduits Apfi afkomstig van het Latijn ‘Apium’ (selder). En in Apium herken je dan weer ‘apis’, bij, en inderdaad zijn heel wat schermbloemigen planten die veel insectenbezoek aantrekken.
Net als het Engelse ‘Hors parsley’ zou Pferdeeppich verwijzen naar het feit dat paarden de plant best lekker vinden…

Volksnamen in het Duits

  • Geist-Dolde, Gespenst-Gelbdolde
  • Alisander

De eerste benamingen, met ‘Geist’ en ‘Gespenst’ (geest, spook) in de naam, verwijzen naar het feit dat de plant na de bloei in het voorjaar snel afsterft, waardoor er in de zomer nog slechts een skelet van de bloeistengel overblijft… (‘Gelbdolde’ is overigens ‘gele schermbloemige’)

Frans: Maceron

Het Latijnse ‘Petroselinum macedonicum’ (Macedonische peterselie) verbasterde tot het Italiaanse ‘Macerone’. De verandering van een d in een c is dan te verklaren door een gelijkenis met het woord ‘maceria’, ruïne. Want zoals heel wat oude cultuurplanten is het immers inderdaad ook een plant die vaak terug te vinden is in de buurt van ruïnes. En het Italiaanse Macerone werd in het Frans Maceron.
Hier zie je dus een beweging die omgekeerd is aan die van ‘Alexanders’: Toen de geografische oorsprong van de plant vergeten raakte, ging de naam verbasterd worden tot een woord dat naar de groeiplaats leek te verwijzen.

Volksnamen in het Frans

  • Grande Ache – hier herken je het Nederlands ‘Grote Eppe’, en de Duitse Eppich… het Latijn Appia dus…)
  • Persil de Cheval… daar zijn de paarden weer!
  • Persil de Macedoine

En nu?

En is dit nu het einde van mijn serietje over zwartmoeskervel? Niks hoor… Overmorgen volgt er nog één laatste artikeltje! Tot dan!

Zwartmoeskervel doorheen de geschiedenis

  1. Zwartmoeskervel – vers groen in winterse dagen
  2. Zwartmoeskervel in de keuken
  3. Zwartmoeskervel doorheen de geschiedenis
  4. En waarom heet dat Zwart-Moes-Kervel?
  5. Doorwaskervel – Het blijft in de familie…
  6. Zwartmoeskervel, die lorejas zaait zichzelf uit!
  7. Gestoomde zwartmoeskervel

Vergeten groente? Vergeten groente!

Vorige week schreef ik al, dat je zwartmoeskervel terecht een vergeten groente kan noemen.
In de klassieke oudheid vinden we heel wat verwijzingen naar het gebruik van deze plant, zowel in de keuken als medicinaal.
En ook in de Middeleeuwen was zwartmoeskervel zeker geen onbekende.

Botanische prent van Zwartmoeskervel
English Botany, or Coloured Figures of British Plants, ed. 3, vol. 4: t. 631 (1865)

Maar tegenwoordig vind je geen zwartmoeskervel in de supermarkt, en ook in de meeste moestuinen is het een grote onbekende.
In Vlaanderen vind je het hier en daar in Velt-middens, dankzij ambassadeurs als Lieven David en Hugo D’hooghe.
De meeste recepten voor zwartmoeskervel vind je op Engelse websites, en die gaan er vrijwel stuk voor stuk vanuit dat je de zwartmoeskervel in de vrije natuur gaat oogsten. In Engeland zou je de plant in de kuststreken in het zuiden nog regelmatig kunnen tegenkomen. In België is ze in het wild zo goed als onvindbaar, getuige dit kaartje van de ‘vindplaatsen’ in België in de laatste drie jaar. In Nederland wordt de plant hier en daar aan de kust, en vooral op Texel aangetroffen, maar het is ook in Nederland een zeer zeldzame plant. Niet in het wild oogsten dus!
Het is weliswaar geen ‘echte’ inheemse plant, maar een zogenaamde archeofyt: een plant die zich voor 1492 en met behulp van de mens in onze contreien gevestigd heeft.

Zwartmoeskervel in de prehistorie

Oorspronkelijk is Zwartmoeskervel – zoals de meeste archeofyten – afkomstig uit Klein-Azië en het gebied rond de Middellandse zee.
Op ‘Seedaholic.com’ wordt beweerd dat er aanwijzingen zijn dat de plant al werd verzameld in het neolithicum (vanaf 11.000 voor Christus), en dat ze al gekweekt werd in het ijzertijdperk.

De klassieke oudheid

In de vierde eeuw voor Christus was Zwartmoeskervel een erg populaire groente in het rijk van Alexander de Grote (daar komt dus de Engelse naam Alexanders vandaan!), en de Griekse botanist Theophrastus maakte in die periode melding van het gebruik van de plant. De stengels werden als groente bereid (zoals tegenwoordig bleekselder), en de zaden werden gebruikt als kruiderij.
Hoe het de Zwartmoeskervel daarna verging lees je hier…

Zwartmoeskervel in de keuken

  1. Zwartmoeskervel – vers groen in winterse dagen
  2. Zwartmoeskervel in de keuken
  3. Zwartmoeskervel doorheen de geschiedenis
  4. En waarom heet dat Zwart-Moes-Kervel?
  5. Doorwaskervel – Het blijft in de familie…
  6. Zwartmoeskervel, die lorejas zaait zichzelf uit!
  7. Gestoomde zwartmoeskervel

De smaak van Zwartmoeskervel

Verwacht geen anijs-achtige kervelsmaak als je zwartmoeskervel op je bord krijgt. De smaak zweemt wat naar die van zevenblad en pastinaak, met misschien een vleugje selder. Andere mensen noemen de smaak weer een kruising tussen peterselie en engelwortel.
Zelf zou ik de smaak als ‘aards, grondig’ beschrijven. Het mist de frisheid van selder, en heeft daarentegen een licht-bittere toets. Maar je zal dus zelf moeten gaan uitproberen hoe deze groente jou bevalt.

Zwartmoeskervel
Zwartmoeskervel

Gebruik van Zwartmoeskervel

Je kan het blad van zwartmoeskervel gebruiken als toevoeging in allerhande soepen en stoofpotjes, maar eigenlijk is elk deel van de plant eetbaar. (Net als van die andere schermbloemige die ik hier op mijn blogje eens beschreef: de Roomse Kervel).
Zelf heb ik nog niets anders dan het blad gebruikt: Mijn planten hebben nog nooit gebloeid, dus geen bloeistengels of bloemen, en de wortel opgraven zou ik jammer vinden…
Meer over het culinaire gebruik… en een receptje!

Zwartmoeskervel – vers groen in winterse dagen

  1. Zwartmoeskervel – vers groen in winterse dagen
  2. Zwartmoeskervel in de keuken
  3. Zwartmoeskervel doorheen de geschiedenis
  4. En waarom heet dat Zwart-Moes-Kervel?
  5. Doorwaskervel – Het blijft in de familie…
  6. Zwartmoeskervel, die lorejas zaait zichzelf uit!
  7. Gestoomde zwartmoeskervel

Zwartmoeskervel – een vergeten groente

Zwartmoeskervel - blad
Zwartmoeskervel – Smyrnium olusatrum

Eigenlijk hou ik niet van de benaming ‘vergeten groente’.
In de eerste plaats zijn vele ‘vergeten groenten’ echt zo vergeten niet. En andere ‘vergeten groenten’ zijn vaak niet vergeten, maar ‘nog maar net in Europa bekend geraakt‘.

Maar zwartmoeskervel… Tja, zwartmoeskervel mag je wat mij betreft wel degelijk een vergeten groente noemen…
Maar voor ik de zwartmoeskervelse geschiedenis induik (nee, niet vandaag, dat is voor volgende week!), eerst wat meer over de teelt van deze uiterst gemakkelijke groente.

Zwartmoeskervel in de tuin

Ik zag zwartmoeskervel voor het eerst in de tuin van Lieven David, ondertussen toch al wat jaren geleden. En Lieven zou Lieven niet zijn, als hij mij niet verschillende keren wat zaad van die plant zou hebben meegegeven.
Mijn ervaringen met zwartmoeskervel

In bloei op 1 januari…

Hazelaar - Corylus avellana
Hazelaar – Corylus avellana
De afgelopen jaren ben ik een paar keer op Nieuwjaarsdag door mijn tuin gelopen, om eens te turven hoeveel planten er in bloei staan…
Dit jaar deed ik niet anders…

Natuurlijk zijn er ’the usual suspects’, winterbloeiers die vaak al halverwege de herfst hun eerste bloemen openen, en daar zonder moeite maandenlang mee doorgaan.
Met stip op nummer 1 staat dan de Viburnum bodnantense ‘Dawn’, die zijn eerste bloemknoppen opende eind september, en daar allicht voor maart niet mee stopt.
Dat de (2) winterkamperfoelie flink bloeit is ook niet zo ongewoon (Lonicera fragrantissima – letterlijk ‘de meest geurige kamperfoelie’).
En hoewel van (3) rozemarijn wordt gezegd dat die vanaf maart begint de bloeien, is de onze eerder een winterbloeier die met bloeien begint in september-oktober, en daarmee doorgaat tot het vroege voorjaar.

(4) Hamamelis x intermedia ‘Jelena’ laat in een niet te koude winter gewoonlijk tussen kerst en nieuwjaarsdag zijn eerste bloemen zien. Dit jaar kwamen voor de kerstvakantie de eerste bloemen al open, en momenteel lijkt hij op het hoogtepunt van zijn bloei.
Nieuwsgierig wat er nog meer bloeit?

Courgette-soep met een Indiaas tintje

Courgette-soep met een Indiaas tintje

  1. Gevulde Courgettes
  2. Courgette-cake met Pecannoten
  3. Snelle Courgette-Pickels
  4. Courgette-soep met een Indiaas tintje
  5. Courgette-salade met variaties
  6. Risotto con Zucchine – basisrecept en variaties
  7. Subji van Courgette (Indiase courgettecurry)
  8. Gebakken Courgettes met Knoflook-Crumble
  9. Courgette-tajine met kip

Simba Mbili Curry poederDe voorraad courgettes wordt dagelijks aangevuld, dus het blijft een uitdaging om die groente een paar keer per week te verwerken zonder dat je de reactie ‘Nee, alweer courgettes!’ te horen krijgt.

Een soep als deze die opmerkingen als ‘Dat is verrassend!’ of ‘Hé, wat een fijne smaak!’ uitlokt, krijgt dan ook een plekje in deze receptenreeks.
We aten ze warm, en we aten ze koud, en telkens beviel ze erg. De toevoeging van de komkommerblokjes viel in de warme versie niet bij iedereen even goed in de smaak.
Ik gebruik tegenwoordig vaak het kerriepoeder van Simba Mbili. Mijn schoonzusje bracht het mee uit Kenia, en ik gebruik het graag omdat het geen chilipoeder bevat, waardoor je zelf de volledige controle hebt over de pikantheid van je gerecht.

Courgette-soep met een Indiaas Tintje

AnneTanne
Een soep met Indiase kerrie-kruiden, die zowel koud als warm kan geserveerd worden.
Voorbereidingstijd 20 minuten
Bereidingstijd 35 minuten
Totale tijd 55 minuten
Porties 4

Ingrediënten
  

  • 1,5 el olie of ghee
  • 3 middelgrote uien fijngehakt
  • 2 flinke tenen knoflook gehakt
  • 2 tl van je favoriete kerrie-poeder
  • 1/4 tl kurkuma
  • 1/4 tl komijnzaad
  • chilipoeder naar smaak
  • 1 kg courgettes in dobbelsteentjes
  • 650 ml groentenbouillon
  • 1 klein blikje kokosmelk

Voor de garnering

  • 1/4 komkommer in brunoise gesneden (hele kleine dobbelsteentjes)
  • verse gehakte koriander
  • verse gehakte citroenbasilicum

Instructies
 

  • Verhit de olie in een kookpan met dikke bodem, en fruit de uien op laag vuur tot ze zacht zijn (4-5 min.).
  • Voeg de knoflook en de specerijen toe, en fruit gedurende maximaal een minuut.
  • Voeg de courgettes toe en fruit nog een paar minuten.
  • Voeg de bouillon toe en breng aan de kook. Laat de soep pruttelen tot de courgettes zacht zijn (ongeveer een half uur).
  • Neem de pan van het vuur en mix de soep tot een fluwelige consistentie. Voeg de kokosmelk toe, en kruid zo nodig bij met peper en zout.
  • Serveer met de komkommerblokjes en de gehakte kruiden.

Notities

Het Indiase kerrie-poeder kan je vervangen door een Thaise curry-pasta. Je kan dan eventueel Thaise basilicum gebruiken voor de garnering.
Aangepast van Emeril Lagasse
Heb je dit recept als eens geprobeerd?Vertel me wat je ervan vond!