Tag: nachtsilene

Blaassilene

Silene vulgaris - BlaassileneEen tijdje geleden heb ik een paar plantjes Blaassilene (Silene vulgaris) in mijn tuin geplant (gekocht bij Ecoflora).
De twee plantjes in de boomgaardweide bloeien al, die op de ‘slinger‘ wacht daar nog even mee.
Toch doet de plant het daar op die droge slinger bijzonder goed, net als het overige plantgoed dat er een plekje kreeg (met uitzondering van de wilde marjolein, die is binnen de kortste keren helemaal verdroogd).

Mij doet de blaassilene altijd aan vakanties in de alpen denken…
Ook zoonlief heeft duidelijk vakantie-herinneringen aan de plant, want toen ze in bloei kwam, herinnerde hij zich hoe ik hem tijdens een vakantie in de bergen leerde hoe je de nog ongeopende kelkje kan laten ‘ploppen’ tussen je vingers.

Toen ik de bloemetjes wilde fotograferen, ontdekte ik dat ze – net als de nachtsilene die ik een jaartje geleden liet zien – hun bloempjes eigenlijk pas ’s avonds openen.  Op de eerste foto (die in weerwil met het schijnbaar heel gesluierde licht gemaakt is midden in de weide, op het ogenblik dat de zon op haar hoogste punt aan een strakblauwe hemel stond) zie je hoe de kroonblaadjes helemaal bij elkaar gefrommeld zijn.  Dat wat je het verst uit de kelk ziet steken, zijn de meeldraadjes .  (Ik heb blijkbaar alleen mannelijke planten… Blaassilene kan mannelijk, vrouwelijk, of tweeslachtig zijn.)
Silene vulgaris - BlaassileneTegen de avond (de foto hiernaast werd na achten gemaakt) gaan de blaadjes zich dan plots strekken, en ziet het plantje er van dichtbij heel anders uit…

De plant wordt nauwelijks medicinaal toegepast, maar de sappige jonge scheutjes zouden wel culinair worden gebruikt: Plants for a future meent te weten dat ze smaken als erwtjes met een licht-bittere ondertoon, een bitterheid die bij blancheren verdwijnt. Door de aanwezigheid van saponines is wel enige voorzichtigheid aangewezen, en je eet er dan ook best geen al te grote hoeveelheden van.

Edit: sinds ik de foto’s heb gemaakt, heb ik gemerkt dat het echt niet alleen ’s avonds is dat de bloemen zich helemaal openen. Allicht was het zuiver toeval dat ik de eerste dagen de open bloemetjes alleen ’s avonds zag.

Wie het kleine niet eert

Silene nutans - Nachtsilene (toestand bij dag)Toen ik een keer op de kwekerij was – een kwekerij van kruiden en inheemse wilde planten – vertelde de eigenaar me het volgende verhaal:
Op een dag kwam er een man van een jaar of 60-70 voorbij de kwekerij gefietst. Hij stopte, en kuierde op zijn gemak een tijdje rond, en sprak toen de eigenaar aan: “Als ik het goe snap… Gij zet onkruid in pottekes en dan verkoopte-gij dat?”
Ja… bij Ecoflora verkopen ze dat… En meer nog, er zijn mensen die dat kopen ook!
En ik ben dus één van die gekke mensen…

Tja, ik heb nu eenmaal die tic. Ik ben enorm geboeid door inheemse wilde planten, ze hoeven niet eens ooit een medicinale toepassing hebben gehad. En omdat de natuurlijke biotopen van veel planten steeds schaarser worden, vinden ze in onze tuin een wijkplaats, en worden ze zelfs bewonderd.
Want eerlijk is eerlijk, in je eigen tuin neem je veel meer de tijd om plantjes op hun gemak te bekijken. Neem nu bijvoorbeeld de nachtsilene hierboven. Overdag een bloemetje waar je zonder moeite aan voorbijloopt. De groene kelk van de bloem is zowat 1,5 cm lang, de lange stamper komt een kleine centimeter uit het bloempje gepiept en de bloemblaadjes? Ach, die zijn overdag helemaal opgerold…
Silene nutans - nachtsilene

Maar als je dan de moeite neemt om van dichtbij te kijken, dan is het bloempje zelfs in opgerolde toestand van een bijna etherische schoonheid.

Tegen de avond ontrollen de bloemblaadjes zich, en hangen als een groep elfjes zachtjes te trillen in de avondbries, terwijl ze een zachte geur verspreiden.
Natuurlijk moet niet je hele tuin uit dit soort ‘onooglijke’ juweeltjes bestaan… Je tuin moet niet alleen van heel dichtbij boeien, maar ook vanuit de verte aantrekkelijk zijn. Maar naast forse kleurvlekken van goed gekozen cultivars, voegt de onopvallende charme van wilde bloemen ook wat extra’s aan je tuin toe.

===

Een ander ‘juweeltje’ is eerder van het ‘ruwe bolster / blanke pit’-soort.
Ik denk dat iedereen hartgespan al wel een keer gezien heeft, of er minstens onachtzaam aan voorbijgelopen is.
In het Fries zou ze ‘Bermnessel’ heten, en inderdaad komt ze vaak in bermen en ruigten voor.

Leonurus cardiaca - Hartgespan
Ze is groot en fors, met opvallend handvormig gedeeld blad. (Een bezoeker in mijn tuin, die niet echt veel van planten kende, heeft zich bij dit kruid een keer staan afvragen of ik soms cannabis in mijn voortuin kweekte.)

Het is een plant die je in een border een plaatsje geeft niet te ver naar voor, als een donkergroene achtergrond voor een lichtgekleurde bloem… en die door zijn opgaande lijn en door zijn bladvorm een extra accent geeft. De plant, een lipbloemige, bloeit met kleine, roosgekleurde bloemetjes, die op het eerste gezicht weinig bijzonder zijn…

Maar opnieuw wacht je een verrassing als je de bloem van dichtbij gaat bekijken.
Het is niet het vuilroze, onooglijke bloemetje dat je dacht te vinden (eerlijk gezegd, toen ik de plant in mijn tuin zette, had ik zelfs nauwelijks iets van kleurige bloemen verwacht… het uiterlijk en de normale groeiplaats van de plant deden mij een onopvallende grijsgroene bloeiwijze, genre netel of melde, verwachten)…

Leonurus cardiaca - hartgespan

In plaats van het roze bloempje dat je verwachte, gaapt je een donkerrode muil aan, waarvan de agressiviteit echter helemaal verzacht wordt door het zachte grijze bontjasje aan de buitenkant van de bloem.

===

Nee, veel inheemse wilde planten zijn geen mediasterren in een gala-outfit, maar blijken op hun eigen bescheiden wijze vaak verrassend stijlvol…
En precies in die bescheidenheid ligt voor mij een deel van hun bijzondere aantrekkingskracht…

Tot kletsens…