Gestikt!

Het KnotbomenboekTwee rijtjes knotwilgen hebben we in de tuin, en sinds jaren is het traditie dat elk jaar in de Kerstvakantie een derde van die bomen geknot werd.
Jaren geleden deed ik dat telkens samen met zoonlief, maar sinds een jaar of vier is hij mij gewoonlijk te snel af, en heeft hij het karweitje al zelf voor zijn rekening genomen.
En omdat kleine jongens steeds groter, en sterker, en stoerder, en rapper worden, volstond al snel ‘één derde van de wilgen’ niet meer om zijn energie kwijt te kunnen. 1/3 van de bomen werd een paar jaar geleden ‘de helft’, maar daarmee zou de knotfrequentie van driejaarlijks (wat eigenlijk al een beetje te snel is) op tweejaarlijks komen, en dat was niet wat we wilden.

Maar toen was er gelukkig ‘Het Knotbomenboek‘, uitgegeven door KNNV (maar momenteel niet meer vlot verkrijgbaar).
En al op pagina 13 in dat boek vind je een duidelijke uitleg over ‘Stikken’

Knotwilgen stikken

Uit Het Knotbomenboek lees ik

Na een snoeibeurt ontstaat op de knot een groot aantal nieuwe scheuten. Een deel van deze scheuten sterft af door onderlinge concurrentie, waardoor het totale aantal takken minder wordt. Dit dunnen de scheuten kan een stuk rigoureuzer worden gedaan door een deel van het opschot zelf weg te snoeien. De scheuten die blijven staan zijn de meer rechtopgaande boven op de knot. Het gaat daarbij om ongeveer vijf tot vijftien scheuten per boom, afhankelijk van de grootte van de knot. Van deze resterende scheuten worden tenslotte ook nog over de lengte van zo’n één à twee meter weggeknipt. Hierdoor ontstaan mooie, recht opgaande staken en wordt de groei van nieuwe scheuten op de kot ook enigszins onderdrukt. Het verwijderen of uitdunnen van de scheuten op de knot noemen we stikken.

Gestikte knotwilgEn meer moest zoonlief niet lezen om het snoeiprogramma voor de komende jaren aan te passen: Het ene jaar wordt de helft van de wilgen geknot, het jaar daarna worden ze gestikt…
Als je de foto hiernaast bekijkt, zie je wellicht dat de aanwijzingen uit het knotwilgenboek niet tot op de letter zijn gevolgd. Er zijn meer scheuten blijven staan dan op deze relatief jonge knotten ‘hoort’, en ook zijn de scheuten niet van hun zijtakken ontdaan. Dat alles is inderdaad vooral van belang als je na het knotten het hout gaat gebruiken als ‘boerengeriefhout’. Voor het maken stelen voor je tuingereedschap boerengerief heb je immers liefst een behoorlijk rechte steel met zo min mogelijk knoesten. Ten huize AnneTanne echter verdwijnt het zwaardere snoeihout in de kachel en de dunne twijgen in een takkenril.

Het Knotbomenboek

Dat Knotbomenboek waar ik hier over spreek is een heerlijk winterboek voor een natuurtuinier…
Een winterboek, in de zin dat het fantastisch leesvoer biedt op winterse dagen dat je tuin liefst met rust gelaten wordt, wanneer de kachtel (gevoed met knothout) loeit, de wind rond je huis raast, en de sneeuw zich centimeter na centimeter tegen de muren opstapelt.
Het is een kijkboek, met prachtige foto’s van de mooiste knotbomen in Nederland en Vlaanderen, maar ook een leesboek, waarin wordt uitgelegd waarom die bomen vanuit cultuurhistorisch en landschappelijk standpunt zo belangrijk zijn, maar ook wat de ecologische waarde is van deze ‘man-made’ objecten.
Maar ook een doeboek, met een beschrijving van belangrijke aspecten van het knotwerk, en een overzichtje (naar ik begrijp vooral voor mannen uiterst interessant) van allerhande gereedschap dat nuttig is voor een bomenknotter.

Beluister hier een fragment uit ‘Vroege Vogels’ over Het Knotwilgenboek.

Ik schreef al eerder over het knotten van wilgen:

Deze buttons respecteren je privacy (zie info):

7 thoughts on “Gestikt!

    1. Het is echt een heel leuk boek, maar ik vrees dat je erg moet zoeken om het nog te koop te vinden. Ook als je in je eigen tuin geen plek zou hebben voor een knotboom (maar zijn knotbomen anderzijds niet bij uitstek bomen die ook in kleine tuinen passen?) is het fijn om door te lezen, te kijken…

  1. Een interessante post over de snoei van knotwilgen.
    Dit soort boeken zijn altijd heerlijk om te lezen voor de gedreven natuurliefhebber.
    Vooral als het weer niet zo lekker is, zoals je zo plastisch beschrijft.

  2. Ik wist geeneens dat zoiets stikken wordt genoemd. Klaar en duidelijk uitgelegd, AnneTanne!
    Het boek is online nog verkrijgbaar bij AltiplanoBooks, al lopen de verzendkosten wel hoog op. Ik zou hier de link willen plaatsen, maar dan wordt mijn comment geweigerd. Het zal googelen worden, dus.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.