Categorie: Kruidentuin – Herbs Garden

Welke kruiden in de kruidentuin?

Rosmarinus officinalis, Roosmarijn in mijn kruidentuin.  Foto: AnneTanne - Creative Commons licenceEen hele tijd geleden had ik het er over dat een vriendin me had gevraagd voor haar een kruidentuintje aan te leggen.
De plek die ze ervoor bestemd heeft, is een oude gemetselde ‘koude bak’ die tegen een muur aanligt. Het deel van de tuin waar de bak ligt, heeft ‘binnenplaats-achtige allures, want is aan vrijwel alle zijden ingesloten, meestal door muren. Tesamen met het feit dat de bak wat verhoogd is ten opzichte van de rest van de tuin (en daardoor snel een tikkeltje droger zal zijn), maakt dit het kruidentuintje vooral geschikt voor een meer meditterane plantengroei: de bak ligt – zoals een goeie koude bak betaamt – georiënteerd op het zuiden, en de muur aan de noordkant zal de zonnewarmte nog eens extra reflecteren. Ook de ingesloten ligging beschermt de planten tegen koude winden, en zal ook het risico op vorstschade wat beperken.
Lees verder “Welke kruiden in de kruidentuin?”

De kat in de kruidenborder…

Valeriaan - Valeriana officinalis
Valeriaan - Valeriana officinalis
Tijdens het mooie weer aan het begin van deze week heb ik een paar borders in de tuin behoorlijk onder handen genomen… En sinds die tijd zag ik onze kat – een langharige lapjeskat die officieel zou moeten luisteren naar de naam ‘Vlekje’, maar veel beter reageert op ‘Poes’, ‘Poezewoes’, ‘Poezemienemuis’ en ‘Poezemienemuizemeiske’ – zag ik onze kat dus al een paar keer verzaligd liggen kronkelen in die border, en haar rug liggen schurken aan…???
 
Inderdaad… je hebt het allicht al begrepen door het fotootje hierboven (dit keer niet van mezelf, maar van Pethan, een andere Flickr-user).
Door mijn exploten in de tuin was er een stukje valeriaanwortel bloot komen liggen, en – hoewel mensen die geur op zijn zachtst gezegd onaangenaam vinden – oefent die geur op veel katten een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit. Die aantrekkingskracht wordt vooral veroorzaakt door de aanwezigheid van Actinidine, een stof die ook voorkomt in wild kattenkruid (Nepeta cataria) en Actinidia kolomikta, een verwant van de kiwi. (Tja, ik moet dat stukje over kattenkruid op mijn site inderdaad nodig herschrijven: het dateert van voor de laatste spellinghervorming, en ‘kattekruid’ was toen nog correct. Je weet wel: tot een jaar of anderhalf (?) geleden, gold de regel van de tussen-n niet voor plantennamen, waarvan het eerste deel een dierennaam was, en het tweede deel direct naar een plant verwees… en toen had je de gekke situatie dat je ‘kattekruid’ en ‘kattenstaart’ had.)

Maar het ging hier over katten en (valeriaan)geurtjes:
Onze vorige kat, Karamel, had rond één van mijn valeriaanplanten een sikkelvormig gat uitgegraven. Daar lag hij dan regelmatig: met een voorpoot in elk van de punten van de sikkel, en zijn neus in de grond gedrukt in het diepste punt van het kuiltje. ‘Karamel is weer aan het blowen’ zegde we dan…

Mijn kattenkruidplanten zijn tot nu toe met rust gelaten.
Ken je dat Engelse rijmpje:

Set it, they will get it,
Sow it, they won’t know it

 
De achtergrond daarvan zou zijn, dat wanneer je kattenkruidplantjes zaait, naderhand de actinidinegeur nauwelijks merkbaar is, en katten dus je planten links laten liggen. Maar als je wat grotere plantjes plant, dan zijn de wortels onvermijdelijk wat gekneusd, is de geur veel beter merkbaar, en komen de katten van heinde en ver je tuintje met een bezoek vereren…. Ik heb mijn kattenkruid weliswaar niet gezaaid, maar de eerste tijd na het planten zeer ‘cat-safe’ beveiligd.
Andere soorten Nepeta, zoals de Nepeta faassenii die je in veel tuinen vind, hebben niet de geur en de aantrekkingskracht van het wilde kruid. Dat is minder opvallend dan de cultuurvormen, maar is – in tegenstelling tot valeriaanwortel – wel erg aangenaam van geur.

Waarmee ik weer terug bij mijn uitgangspunt, valeriaan terugkom. Ik had het een paar dagen geleden al over de onaangename geur van Valeriaanwortel die het kruid voor gebruik in aftreksels weinig aantrekkelijk maakt… De bloemen daarentegen vind ik wel heel erg fijn ruiken… eigenlijk zou ik eens moeten nazoeken of die ook een medicinale waarde hebben…. Ik houd jullie op de hoogte!

Lentekriebels…

Inderdaad, het was mijn vaste voornemen om op zondag niet te bloggen…
Maar vrijdag heb ik overgeslagen… (wegens twee hele leuke dagen in Parijs…), en daarom vandaag een korte inhaalslag.
Vanmorgen was het weer hier even mooi als gisteren in Parijs, en dus ben ik toch al maar een keer mijn kruidentuin ingedoken… De ongewenste groeisels van de afgelopen winter verwijderen, en een beginnetje van de voorjaarsschoonmaak. Lees verder “Lentekriebels…”

De aanleg van een kruidentuin…


De eerste echte lentedag van het jaar, weer dat uitnodigt tot rondlopen in de tuin, en dat je groene vingers doet kriebelen…
Liefst zou ik op zo’n dag lekker in de tuin aan de slag gaan. Maar ik houd mij in, en probeer mij voor te houden dat er, ondanks de zachte winter en de opwarming van de aarde best nog flinke nachtvorst kan komen. Dus ik breek de verdorde plantenresten van vorig jaar nog niet af, laat de tuin voorzichtig uit zichzelf ontwaken… (Ik verwijder trouwens nooit radicaal alle oude plantenresten: in de lente knip of breek ik wel de oude verdroogde stengels af, breek of knip ze in kleine stukjes en laat die ter plaatse vergaan.)

Maar een vriendin vroeg me een paar weken geleden of ik in haar tuin een kruidentuintje zou willen aanleggen… en mijn gedachten daarover laten gaan is nu net een ’tuinkarweitje’ dat in deze tijd van het jaar wel kan.

Zelfs als je niet weet of je eigenlijk wel groene vingers hebt, of misschien net wanneer je nog nooit getuinierd hebt, is een kruidentuin een ideaal project om mee te starten:
Je kan volstaan met een hele kleine oppervlakte, in een ’tuintje’ van een vierkante meter groot kan je al verschillende kruiden kweken, en bovendien zijn heel wat typische keukenkruiden hele makkelijke planten.
Roosmarijn, tijm, salie, lavendel… zijn in feite kleine struikjes, en vereisen nauwelijks onderhoud. Ja, om hun afmetingen wat binnen de perken te houden moet je ze regelmatig ‘snoeien’, maar je kweekte ze immers toch om ervan te gebruiken?
Andere goede ‘beginnerskruiden’ zijn winterharde vaste planten, zoals bieslook, marjolein en oregano, venkel, citroenmelisse, kleine pimpernel.

In de meeste tuincentra kan je deze planten als containerplantjes kopen, en dat betekent dat je ze eigenlijk het hele jaar door kan aanplanten, behalve als de aarde te hard bevroren is om te graven. Maar let op: als het tuincentrum in je buurt zijn plantgoed in een (gedeeltelijk) overdekte ruimte onderbrengt, zijn die planten daardoor toch beschermd tegen gure omstandigheden, en kan de schok van de overgang naar de volle grond toch wel even heftig zijn. Plant zo’n plantjes daarom bij voorkeur toch in een periode dat er wat zachter weer wordt aangekondigd.

Ren dus zeker niet hals-over-kop de deur uit naar het dichtsbijzijnde tuincentrum…

Kies eerst rustig het plekje uit waar je je kruidentuin gaat planten en maak de grond goed los. Je hoeft de bodem niet om te spitten, omwoelen met een grelinette of woelvork is eigenlijk ruim zo goed. Door de bodem los te woelen verbeter je de structuur en de drainage, en wordt de afbraak van organisch materiaal – dat voor voedingsstoffen zorgt – versneld.
Je moet voor het telen van kruiden de bodem niet extra te bemesten, integendeel een te voedselrijke bodem is voor heel wat (keuken)kruiden niet ideaal. Wel kan je compost toevoegen (Compost is een bodemverbeteraar, en geen bemester!). Maar zelf wacht ik in een nieuwe kruidentuin liever met het aanbrengen van compost. Na het omwoelen van de aarde laat je de bodem even rusten, en na een paar weken ga je met planten aan de slag. Vervolgens kan je compost aan brengen als mulchlaag….
(Ik wacht dus even met mulchen: Als je nu de bodem toedekt, kan de eerste lentezon de bodem niet gaan opwarmen!)

Tot een volgende keer….