Categorie: Vlinders – Butterflies

Insectenlokkende planten?

Een aantal mensen weten, dat ik Ken Thompson helemaal bijtreed als die beweert:

Gardens (all gardens) are good for wildlife, and encouraging wildlife is entirely compatible with ordinary gardening, costs next to nothing and is almost completely effortless.
You may have wished all these things were true, but never allowed yourself to hope that they actually are.
Well, they are…

Tuinen (alle tuinen) zijn goed voor het dierenleven, en dieren naar je tuin lokken is volkomen te verzoenen met ‘normaal’ tuinieren, het kost nagenoeg niks en het vergt geen enkele inspanning.
Je zou willen dat al die uitspraken waar zouden zijn, maar je hebt jezelf nooit durven toestaan te hopen dat het echt zo is.
Welnu, het is allemaal waar…

Polyomnatus icarus - Viola tricolor | Icarusblauwtje op driekleurig viooltje
Polyomnatus icarus - Viola tricolor | Icarusblauwtje op driekleurig viooltje

Zo begint Ken Thompson zijn boekje “No nettles required – The truth about wildlife gardening”.

Eén van de zaken die Thompson door onderzoek kon staven, was dat tuinen die heel specifiek waren aangeplant met planten die als ‘vlinderlokkers‘ of als ‘bijenlokkers’ stonden aangeschreven, niet perse een hogere biodiversiteit vertoonden dan tuinen waar je die planten wel vindt.
Lees verder “Insectenlokkende planten?”

Hooibeestje!

Hooibeestje…
Dat vind ik met voorsprong de inheemse dagvlinder met de mooiste naam. (Op respectabele afstand gevolgd door de gehakkelde Aurelia.)
Hooibeestje, dat roept een beeld bij mij op van een grasland vol bloemen, waarboven talloze vlindertjes fladderen. Een beeld, dat je in de Alpen nog regelmatig ziet (en in België in de Viroin, maar dat heb ik van horen zeggen), maar waar je in Vlaanderen vergeefs naar zal zoeken.

Coenonympha pamphilus | Hooibeestje
Coenonympha pamphilus | Hooibeestje
Hooibeestje… Ik hoopte altijd al, dat vlindertje nog eens in mijn tuin te zien, maar hoewel het niet echt een zeldzaam beestje is, is het zeker geen algemene tuinsoort. Het houdt immers van open ruimte, van bloemrijke, voedselarme graslanden met kortgroeiende grassen. Maar de kans op een hooibeestje leek me nog steeds groter dan het spotten van een kleine parelmoervlinder in mijn tuin, en zelfs die kwam vorige zomer op bezoek, dus ik gaf de hoop niet op.

Lees verder “Hooibeestje!”

Kleine Parelmoervlinder – Queen of Spain Fritillary

(to English text)

Inderdaad, om tal van redenen heb ik de voorbije maanden niet alleen nauwelijks geblogd, maar zelfs mijn fototoestel amper vastgehad.
Maar vandaag kwam het er dan toch een keer van, en meteen werd ik ervoor beloond!

Issoria lathonia | Kleine parelmoervlinder - Queen of Spain Fritillary
Issoria lathonia | Kleine parelmoervlinder - Queen of Spain Fritillary

Ik koos een plekje in de buurt van de Buddleia, die hier altijd pas in de nazomer door vlinders wordt bezocht, en waar het vandaag een drukte van belang was.
De drie courante Witjes waren van de partij, een paar Citroentjes, een handvol Dagpauwogen, Atalanta’s, Gehakkelde aurelia’s…
En plots kreeg ik een Gehakkelde aurelia in de gaten die toch wat bleker was dan de andere. Een Gehakkelde aurelia die helemaal geen Gehakkelde aurelia bleek te zijn, maar wel een (enigszins gehakkelde) Kleine parelmoervlinder.
De Kleine parelmoervlinder is tegenwoordig een behoorlijk zeldzame vlinder, die vooral in de duinen tussen Nieuwpoort en de Franse grens voorkomt, maar die de laatste jaren ook weer af en toe wordt waargenomen in droge graslanden in de Kempen. In de duinen is het Duinviooltje de waardplant, in de Kempen zijn het de Akker- en Driekleurige viooltjes.
Jaren geleden is me eens verteld, dat op de oevers van het kanaal Dessel-Kwaadmechelen een kleine populatie van deze vlinders voorkwam, maar dat die waren verdwenen door slecht maaibeheer (het maaisel bleef niet enkele dagen liggen – zodat rupsen hun toevlucht elders konden zoeken – maar werd meteen opgezogen). Dat kanaal ligt hier een paar honderd meter verderop. Ik hoop dus, dat het bericht van enkele jaren geleden niet klopte, en dat er nog steeds een gezonde populatie leeft. (Overigens, ook in de Limburgse ‘Lage Kempen’ komen waarschijnlijk een paar kleine populaties voor.)

De naam ‘parelmoervlinder’ heeft de soort te danken aan de vlekken op de onderkant van de vleugel, die bij een bepaalde lichtinval een parelmoerglans krijgen.

(Dat is intussen de derde insectensoort die ik dit jaar in mijn tuin waarneem, die volgens ‘waarnemingen.be‘ in Vlaanderen zeldzaam is… En de ‘Biologische Waarderingskaart’ blijft maar beweren dat het hier een ‘biologisch minder waardevol gebied is’. Hoe durven ze ;-)!)

Oh ja… en doordat ik mijn camera dus al weken niet meer in mijn pollen had gehad, was het me aanvankelijk compleet ontgaan dat de ISO-waarde nog hoog stond… vandaar dus die verschrikkelijke ruis op enkele van de foto’s…

Issoria lathonia | Kleine parelmoervlinder - Queen of Spain Fritillary
Issoria lathonia | Kleine parelmoervlinder - Queen of Spain Fritillary

Queen of Spain Fritillary

Yes I know, I have been very passive for the last few months. And I must admit, it wasn’t just blogging that I didn’t do, but I haven’t touched my camera for weeks.
But today, I finally went outside to take some pictures, and I must say I was rewarded!!!

I choose a spot near the Buddleia. In Juli and August, the butterflies all seem to choose other flowers to feed on, but in the last few days, they have finally decided to dine there, and there was quite a crowd there…
Several species of Whites were there, some Brimstones, European Peacock butterflies, Red admirals, Comma butterflies…
And suddenly I saw a Comma that was somewhat paler than the other Commas… It was a comma that definitely wasn’t a comma. Better: it was a Queen of Spain Butterfly. I really was excited, since this a rather rare kind in Flanders. It’s only find in a small coastal area, between the French border and Nieuwpoort, and in the last few years it is also found again in the Campine, the sandy region were I live.
The Queen of Spain Fritillary lays its eggs on several species of pansies, on Dune pansy (Viola curtisii) near the sea, on Wild pansy and Common field pansy elsewhere.

Issoria lathonia | Kleine parelmoervlinder - Queen of Spain Fritillary
Issoria lathonia | Kleine parelmoervlinder - Queen of Spain Fritillary

(Since I hadn’t handled my camera in weeks, I found out too late that I had the ISO still turned up… and as a result several of my pictures are far too ‘noisy’… But I keep then, since I don’t know if I will ever see this butterfly again…)

Glazen Vleugels – Wings of Glass

(to English text)

Vorige zomer heb ik in het Mariposario del Drago in Icod de los Vinos vol bewondering staan kijken naar de Greta oto, een vlindertje zonder Nederlandse naam, dat in het Engels heel beeldend ‘Glasswing’ wordt genoemd.

Greta oto | Glasswing
Greta oto | Glasswing

Het is een vlindertje afkomstig uit Midden-Amerika waarvan delen van de vleugels transparant zijn omdat ze de kleurige schubben missen die andere vlinders hun prachtige patronen geven.

Maar vorig weekend kwam ik tot de ontdekking dat we ook in onze contreien zo’n transparant beestje hebben.
Lees verder “Glazen Vleugels – Wings of Glass”

Groot en Klein | Big and Small

Niet omdat het zo’n fantastisch goeie foto zou zijn, maar omwille van het contrast tussen de namen en de formaten van de vlindertjes:
De grote vlinder is de Kleine vos, de kleine is het Groot dikkopje. En wat heb ik geluk dat mijn verhaal in het Engels ook opgaat!

Ochlodes sylvanus - Aglais urticae | Groot dikkopje - Kleine vos | Large skipper - Small tortoiseshell

Not because the picture is of great quality, but because I like the contrast between the names and the sizes of the butterflies:
The large one is the
Small tortoiseshell, the small one is the Large skipper. And I’m lucky this is both the case in Dutch and in English!

Herberg ‘In ’t Zandblauwtje’ – 2 – The Sheep’s bit Inn

Nee, gisteren was de gastenlijst van Herberg In ’t Zandblauwtje nog lang niet volledig.

No, the list of guests of the Sheep’s bit Inn I gave you yesterday was far from complete.

Corymbia rubra | Rode smalbok - Longhorn beetle
Corymbia rubra | Rode smalbok - Longhorn beetle

We eindigden gisteren met een kever, en daar beginnen we ook mee. Deze rode smalbok heeft uren op de bloemhoofdjes doorgebracht, en net als de penseelkevers van gisteren heeft hij zich toen het ’s avonds koeler werd letterlijk in zo’n bloemhoofdje ingegraven. Toen de zon de volgende morgen de pol bloemen bereikte, is hij weer uit zijn bloemenbedje gekropen.

The last insect I showed yesterday was a beetle, so let’s start with beetles again. This longhorn beetle has spend hours on the flowerheads of the Sheep’s bit, and when temperatures started to drop in the evening, he literally burrowed himself between the flowers. And only as soon as the first sunrays reached the patch of flowers in the morning, he rose from his flowerbed.

Lees verder “Herberg ‘In ’t Zandblauwtje’ – 2 – The Sheep’s bit Inn”

Dikkopjes! | Skippers!

(to English text)

Oranjetipjes zijn er bijna niet meer in de tuin, maar langzaamaan beginnen de zomervlinders tevoorschijn te komen. Het Groot dikkopje is zo’n fladderaar die je vanaf juni kan zien rondvliegen.

Ochlodes sylvanus ♀ | Groot dikkopje - Large Skipper
Ochlodes sylvanus ♀ | Groot dikkopje - Large Skipper

Een jaar geleden merkte ik ze voor het eerst op in mijn tuin, en ik was heel benieuwd of ze dit jaar zouden terugkomen. Vorig jaar zei Bart dat hij ze in zijn tuin nog niet gezien heeft, en wellicht heeft dat toch weer met die vruchtbare grond ginderachter te maken: Het groot dikkopje vind je vooral op veen- en zandgronden, en toch eerder zeldzaam op kleigrond.
Tijdens de zonnige dagen eind vorige week hoopte ik de eerste dikkopjes te zien, maar er heeft er zich geen enkel vertoond.

Lees verder “Dikkopjes! | Skippers!”

Gaatjes – Holes

Operophtera brumata Kleine wintervlinder - Wintermoth
Operophtera brumata | Kleine wintervlinder - Wintermoth
Meer dan andere jaren heb ik dit jaar ‘gatenblaadjes’ in mijn tuin.
En dat ik niet de enige ben, lees ik op de blog van Ivan de Boom en Onderdeappelboom.
Eerst viel het mij op dat de blaadjes van de winterlinde er allemaal geperforeerd bijhingen (en dat heel wat lindenbloemknopjes opgegeten waren), later zag ik dat ook hazelaars, haagbeuk, kornoeljes en nog zo één en ander van het zelfde laken een pak droegen… En hier en daar ontdekte ik, tussen bijeengesponnen blaadjes, dit kleine rupsje!

En daarmee is het raadsel wellicht opgelost!
Het is het rupsje van de kleine wintervlinder. Ze behoren tot de groep van de spanners (dat zie je op de foto al aan de wijze van voortbewegen.) Het is een nachtvlindertje, dat vooral in november-december vliegt. Nu ja, de mannetjes vliegen, de vrouwtjes zijn vleugelloos (zie foto onderaan, in de Engelse tekst).
Die vrouwtjes kruipen langs de stammen van bomen omhoog, en worden daar bevrucht door de rondvliegende mannetjes. Ze leggen massaal veel eitjes op de bladknoppen van bomen, en uit die eitjes komen in het voorjaar minuscule rupsjes, die zich snel groot-eten aan de blaren. (Soms worden bomen compleet kaalgegeten: de jonge Ginkgo die zoonlief in de herfst van zijn opa kreeg had het inderdaad zo fors te pakken, en ook in de tuin van Muggenbeet zag ik afgelopen weekend een Ginkgo die zich van de aanslag aan het herstellen was.)

Af en toe doet zich een echte plaag voor van deze rupsen, en dit jaar lijken ze inderdaad in flinke aantallen aanwezig. Maar of dat nu zo problematisch moet zijn als het lijkt? Alleen als bomen jaren na elkaar worden kaalgegeten in het voorjaar kunnen ze echt last gaan ondervinden, maar bij een eenmalige aantasting herstellen ze zich op hele korte tijd. (In appelboomgaarden, waar de rupsjes ook wel eens huishouden, is er natuurlijk wel sprake van een economisch verlies.)
En bovendien heeft zo’n rupsenpiek ook weer een ander voordeel: net op het ogenblik dat heel veel vogels met pas uitgekomen jongen zitten, hebben die rupsjes zich lekker vetgemest!

Holes

More than in previous years, lots of trees in my garden have their leafs completely perforated.
And it seems I’m not the only one, as you can read on the blogs of Ivan de Boom and Onderdeappelboom (you noticed both of them have ‘boom’ – tree – in their names?).

Operophtera brumata (copula) | Kleine wintervlinder - Wintermoth
Operophtera brumata (copula) | Kleine wintervlinder - Wintermoth (Photo: Lamion - CC license)

At first, I noticed it on the lindentrees (not only the leaves, but also the flowerbuds were eaten), but then I saw that the hazels, hornbeams, dogwoods… seemed to be on the menu too of whoever was doing this. And then I noticed those tiny little caterpillars on the trees (first picture).
And yes, that seemed to solve the riddle… It’s the caterpillar of the wintermoth. As the name suggest, it is one of the very few species of Lepidoptera (moths and butterflies) that are active in winter. In fact, on evenings in November and December, when you see moths flying in the lamplight on the street, you can be relatively sure this are male wintermoths. Yes, males, since the females are wingless.
The females are sitting high on the trees, and after mating, they lay their eggs on the closed buds. In spring, the caterpillars hatch and feed upon the leaves of deciduous trees, often on oak, but in my garden they seem to prefer other species. Sometimes, they can cause serious damage (at first sight) but generally the tree recovers rapidly. (They almost denuded the young Ginkgo tree my son got as a present from his grandfather last fall, but at this moment the tree is producing fresh leaves already.)

In most years, those caterpillar’s munching is almost invisible, but sometimes (and it seems to be such a year now), they cause considerable ‘damage’… but only when the attack is repeated year after year, the trees can suffer from it (but as appletrees can be a victim too, they can cause an economical loss in orchards).
And since many problems have their advantages too, that’s also the case with these critters: The caterpillars are really juicy on the exact moment that many young birds are extremely hungry!

Op de catwalk | On the catwalk

Psyche casta | Gewone zakdrager - Bagworm moth
Psyche casta | Gewone zakdrager - Bagworm moth

En jij dacht dat alleen mensen kleren droegen?
Dan heb je waarschijnlijk nog nooit van Psyche casta gehoord.
Hier showt ze haar nieuwste creatie!

De Psychidae zijn een familie van nachtvlinders. Hun rupsen, maar vaak ook de (meestal ongevleugelde) vrouwelijke imago’s (= volwassen vlinders) leven in een zelfgemaakt kokertje, gemaakt van zijde en materialen uit de omgeving. Psyche casta of gewone zakdrager is de in ons land meest voorkomende soort, en die verwerkt in haar koker dorre grassprieten of hele dunne takjes, maar andere soorten uit dezelfde familie gebruiken ook wel andere plantendelen, zand, korstmossen…

On the catwalk

And you thought only humans make cloths?
Than you probably never met Psyche casta!
Here you see her showing her latest creation…

The Psychidae are a family of moths. Their caterpillars, and often the (wingless) female adults, live in a self-made case made of silk and material found in their environment. Psyche casta, the Bagworm moth, is the most common species of this family in our region, and in its case you see dry grass-stalks and minuscule twigs. Other species use other plantmaterial, sand, lichenes…