Beheren, beheersen, overheersen, overheerst worden…

Als het gaat om de relatie tussen de tuinier en de tuin, zie ik bij ecologische tuiniers vaak een ‘beheren’ van de natuur: een voorzichtig leiden van wat in de tuin groeit, in de richting van wat de tuinier in een ‘groter plaatje’ wenselijk vind. In veel tuinen is ook in meerdere of mindere mate sprake van (niet-ecologisch) beheersen: Ik wil ten allen prijze dit en dit in mijn tuin, en zal dat met een aantal kunstgrepen ook bereiken.

Maar gisteren maakte we kennis met een tuinier die van het overheersen van de natuur in zijn tuin nog een faze verder was gesukkeld…In plaats van in zijn tuin te beheersen, of zelfs te overheersen, was hij totaal verworden tot slaaf van zijn tuin, en beleefde er absoluut geen plezier meer aan…

Wegens de halve nacht gewerkt (ik had weer eens dienst gehad) vielen onze plannen om naar Beervelde te gaan – nee, niet in het water, was het maar waar – ze verdampten eerder in de zon. Maar toen we zagen dat er in Mol een ‘open tuin’ was van zo’n 80 are groot, besloten we daar ’s namiddags even langs te fietsen.
Daar aangekomen, viel het grote bord met ‘Te koop’ in de voortuin al op.
Een flinke tuin was het dus, met eigenlijk een mooie architecturale structuur, en met enkele goedgekozen tuinbeelden (daar hou ik lang niet altijd van, maar hier pasten ze echt wel). De beplanting bestond in hoofdzaak uit coniferen en rododendrons, met een minimale toepassing van vaste planten (enkele rotsplanten langs de waterval naar de vijver, en hier en daar een pol irissen). De bodem bedekt door een laag dennennaaldenmulch (in dit soort tuin natuurlijk wel de juiste keuze), waar niet één sprietje onkruid doorheen priemde. Het merendeel van de bomen was gesnoeid, niet in klassieke topiary-vormen, maar in allerhande vormen, de één al onnatuurlijker dan de ander. Doel van het snoeien leek vooral, de bomen zo min mogelijk plaats te laten innemen, zodat er zoveel mogelijk verschillende soorten in de tuin pasten. (En ik durf eerlijk bekennen, dat er in die hele tuin geen enkele plant stond – behalve de irissen en een enkele Ginkgo biloba – waar ik de soortnaam van zou kunnen noemen. Mijn plantenkennis is nochtans behoorlijk.) Overigens… zelfs de Ginkgo’s waren buxus-gewijs tot bollen gesnoeid.

Toen we het pad langs de vijver insloegen, riep de eigenaar, die in gesprek was met een paar andere bezoekers, ons een verontschuldiging toe over de erbarmelijke staat waarin de vijver verkeerde. “Gisteren was die echt helemaal piekfijn in orde hoor… maar die vuiligheid is er deze nacht allemaal ingewaaid.” Manlief en ik keken me kaar even aan… geen van beiden zouden we die ‘vuiligheid’ (stuifmeel en andere aanvliegsels uit het bos net achter de tuin) hebben opgemerkt, laat staan er ons aan gestoord hebben.

Na ons ommetje om de grote vijver, die bijzonder mooi in de tuin was ingepast, liepen we de eigenaar opnieuw tegen het lijf, en toen kwam zijn verhaal boven…
Hoe hij na zijn pensionering die tuin in tien jaar tijd had aangelegd, hoeveel werk hem dat kostte… het eigenhandig versjouwen van de tientallen tonnen stenen in en rond de vijver (die hij stuk voor stuk drie keer in handen had gehad: om ze af te wassen (!), in de kruiwagen te leggen, uit de kruiwagen te pakken om ze op hun plaats te leggen)… Het stad en land afschuimen op zoek naar alle verschillende coniferen die de tuinarchitect op het plan had voorgesteld. En dat alles steeds weer met het idee: “Nu heel hard werken, en als alles klaar is, dan genieten…”
Alleen… dat genieten, daar kwam hij niet toe. Dat was dan ook de reden dat hij huis en tuin nu wilde verkopen: hij kon niet meer tegen alle negativiteit die er vanuit de tuin op hem af kwam. Die ‘vuiligheid’ in de vijver was daar een voorbeeld van, de planten die de strenge winters van de voorbije jaren niet overleefden een ander…

En intussen bleef die tuin natuurlijk gigantisch veel onderhoud vragen… alleen al het snoeien en het onkruidvrij houden van die tuin moet een dagtaak zijn. En dat terwijl het een tuin is waar echt potentieel in zou kunnen zitten. Hadden er amper de helft van de struiken en bomen in gestaan, maar hadden die de kans gekregen op hun eigen wijze uit te groeien, en was er verstandig gebruik gemaakt van een aantal bodembedekkers, dan was het een tuin die met een minimum aan onderhoud toch een maximum aan uitstraling zou hebben. Niet dat het een tuin zou zijn waar ik in zou willen ‘wonen’, maar wel een tuin die als ‘wandelpark’ zijn waarde had.

En nu lag het daar: honderden coniferen, uit alle hoeken van de wereld, die al hun natuurlijke aantrekkelijkheid waren kwijt geraakt, en een tuinier die alleen maar de ene frustratie na de andere opliep.

Op een bepaald ogenblik hebben we het gesprek enigszins abrupt afgebroken… Dit druiste zo in tegen alles wat ons boeit in tuinieren…
We zijn op onze fiets gesprongen, en hebben op ’t terras van ’t Saffloerke (oef… wat was dat een heerlijk ongekunstelde naam) achter een glas wit bier en witte wijn met mekaar nagepraat… Schrijnend, was kort samengevat onze conclusie.

Deze buttons respecteren je privacy (zie info):

6 thoughts on “Beheren, beheersen, overheersen, overheerst worden…

  1. Dat zie je nog wel vaker, al is het geval dat je beschrijft echt zeer schrijnend, inderdaad! In mijn buurt staan zoveel “opgekuiste” tuinen van mensen die tegen mij komen klagen van al die vuiligheid die steeds maar terugkomt en dit ondanks hun vele malen “spuiten”. Ik word er een beetje droevig van en stel ze alvast voor een stukje wat wilder te laten en met “mooi onkruid” in te zaaien. Het zaad krijgen ze van me gratis. Ik dacht dat niemand het tot nu toe geprobeerd had, tot ik – tot mijn aangename verbazing – mijn buurvrouw haar zaadjes zag uitzaaien. In een grote pot, weliswaar, maar ’t is een begin!

  2. inderdaad zielig, en toch wel een serieuse fout van de
    Bij de opstart van een eco-tuin team sprak de velt- lesgeefster ook een duidelijke voorkeur uit voor tuinen die -af- zijn.
    eens alles op zn plaats stond heb je er omzeggen zowat geen werk meer aan, kun je geen planten meer bij zetten en kun je alleen maar genieten.

    Het andere uiterste dus, maar ook niet meteen mijn smaak.

  3. Onderhoud is iets waar veel tuinarchitecten niet bij stil staan. Tijdens hun opleiding zouden ze die mannen beter eens een paar weken laten snoeien en maaien. Denk dat ze dan snel voor onderhoudsvriendelijke ontwerpen zouden gaan.

    Histrosich gezien zijn tuinen het speelgoed van de rijken. Statige parken rond nog statigere huizen. Onderhoud was geen bepalende factor want dat werd toch door het personeel gedaan. Als de gewone mens al een paar meter vrije ruimte tot zijn beschikking was het laatste dat die ging doen er gras of buxus opzetten. Renderen moest dat plekje doen: groensel werd er gekweekt, pluimvee of geiten erop gehouden. Eens er een middenklasse ontstond die wel genoeg financiële middelen had om een stukje grond op overschot te hebben imiteerden die natuurlijk de elite zonder er bij stil te staan dat zij wel al het onderhoud gingen zelf mogen doen. De tuinaanemers zijn van er rijk van geworden.
    De reden dat ik onze tuin wou is omdat het gans zijn leven een opbrengst-tuin is geweest (bij nen boer moest ge met die zotternijen niet afkomen).

  4. Vanwaar ken ik dat verhaal …
    Ik ben ooit eens een paar vijvers gaan bezoeken om ideeën op voor de vijvers van m’n ouders.
    We zagen in de buurt heel vaag een vijver liggen en zijn eens bij die mens langsgeweest om te kijken. Vriendelijke mens gaf ons direct een rondleiding in z’n tuintje …. ik werd er slecht van!
    Kan je u voorstellen dat die man elke grassprietje uitdeed dat iets te donkergroen was, het zogenaamde ‘wild gras’, dat mocht NIET tussen zijn voetbalveld groeien. Echt, freaky hoor!
    Maarja, voor zulke mensen hebben we nu kunststofgras hé, ideaal is dat, geen onderhoud, je merkt het verschil niet met echt gras (want wie houdt er nu van om met z’n blote voeten over écht gras te lopen), geen onderhoud, geen vieze beesten, … zaaaaaalig ….. niet dus :/
    Ik ben héél snel verdwenen uit die tuin, griezelig.

    Maar hier steekt het allemaal zo nauw niet, al moet het wel een beetje deftig blijven hé 🙂
    Bij m’n gebuur net hetzelfde, de andere gebuur zijn 2 koeien dus daar speelt het ook allemaal niet zoveel rol.

  5. spijtig voor die mens. Zoveel geld en tijd geïnvesteerd in iets wat hem uiteindelijk diep ongelukkig maakt. Maar ik denk dat je met een ecologische tuin net zo goed in die val kunt trappen hoor, als je niet op een brandnetel, een distel, wat kleefkruid kan kijken. Dan wordt die tuin ook een bron van frustratie. Het heeft bij mij toch ook eventjes geduurd voor ik mij er mee kon verzoenen dat mijn weides nooit helemaal distel- en brandnetelvrij worden, en dat die mooie hooiweide nooit zal zijn wat het ‘in de boekskes’ is.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.