Een stapel rilde takken

Mijn takkenril 'avant la lettre'
Mijn takkenril 'avant la lettre'
Naar aanleiding van mijn berichtje van gisteren kreeg ik een vraag om een fotootje van de takkenril in onze tuin.
Ik was al van plan daar een berichtje aan te wijden, dus daar kon ik alvast met een volmondig ‘dat doe ik’ op antwoorden, al zou ik misschien wel een paar dagen langer gewacht hebben met schrijven.
Onze oudste ’takkenril’ dateert al van de tijd dat ik nog niet van takkenrillen had gehoord.
In één van de eerste winters dat ik onze fruitbomen gesnoeid had, en ik niet goed wist wat met de takken te doen, begon ik met al die twijgjes op een lengte van zo’n 60-80 cm te knippen, en die langs het pad dat door het bos liep op te stapelen, dwars op de lengterichting van wat de ’takkenril’ zou worden. De takken worden elk jaar opnieuw bijgestapeld tot op een hoogte van 80-100 cm, en langzaamaan zakt die stapel in. Intussen hebben we alles te samen al een meter of tien van deze dunne-twijgjesril. Op de foto zie je op de voorgrond hoe ik daar de verse wilgentwijgen heb bijgestapeld, en meer naar achteren zie je de rode twijgen van de witte kornoelje (Cornus alba).

'klassieke' takkenril
'klassieke' takkenril
Vorig jaar, toen we op het veld honderden berkjes hebben gerooid, hebben we een andere takkenril gestart, die al iets meer lijkt op ‘hoe het eigenlijk hoort’. Hier hebben we lange takken (lees: soms volledige berkjes) opgestapeld tussen boompjes die aan de rand van ons perceel stonden. (De groene draadversperring op de achtergrond is van de buurman.) Gewoonlijk worden als steunen voor een dergelijke ril houten palen in de grond geslagen, maar vermits manlief indertijd de boompjes toch veel te dicht bij elkaar had gepland (‘zie je wel dat dat nu van pas komt’), maakten we dankbaar gebruik van de natuurlijke steunen die er voorhanden zijn.

Onze takkenrillen zijn dus iets minder netjes dan die van eigenwijze Bart, maar dat doet niets af aan de doelen die we beogen:

  • Een extra biotoop creëren, dat aantrekkelijk is voor insecten, kleine zoogdieren, amfibieën en vogels, maar ook voor tal van micro-organismen en zwammen.
  • Op een niet al te arbeidsintensieve manier (er is nog ander werk in een grote tuin!) ons snoeiafval verwerken.
  • Enkele aspecten van de tuin van buurman op een onopvallende manier aan het oog onttrekken…

Hehe… en met de titel van dit berichtje heb ik de kans gekregen één van de woorden uit onze taal die ik altijd al zo mooi gevonden heb eens op mijn blogje te gebruiken.

Deze buttons respecteren je privacy (zie info):

7 thoughts on “Een stapel rilde takken

  1. ik vind het ook zonde om zulke mooie takken naar ’t containerpark te doen. Maak er hier ook wallen van: meer privacy, prima windbrekers, decoratief en met wat geluk een vogelnestje erbij. groetjes.

  2. Mooi zeg, bedankt en als je me toestaat, heb ik nog 2 vragen:
    1.) Heeft het hout (als het gedroogd is) nog een bestemming ? Stookhout voor een open haard ?
    2.) Bart noemt hetzelfde op zijn blog een takken”wal”. En ik denk dat je met dat mooie woord in je berichtentitel het woord “ril” bedoelt.
    Ik vroeg het me gisteren al af, wat de herkomst van dat woord is ?
    Opgezocht dus in de Dikke van Dale en het Etymologisch Woordenboek van Jan de Vries. Ik vind diverse verwijzingen naar landschapselementen maar niets dat echt in deze richting wijst. Ik ken “rillen” alleen als het maken van een vouw in papier of karton.
    Ik las dat je het woord ook niet je hele leven lang kent. Heb je intussen enig idee waar het historisch en / of etymologisch vandaan komt ?

    1. De bestemming van het hout is gewoon de takkenril… daar blijft het liggen, om langzaam te vergaan.
      Ik bedoelde niet ‘ril’, maar het bijvoeglijk naamwoord ‘rild’, dat rank, slank, tenger betekent – dat vind je alvast gewoon in de Van Dale.
      On-line vind ik het bijvoorbeeld in het boek ‘Kinderjaren‘ van N.E. Fonteyne:

      De jasmijn roept een weemoedige oude hunker op; pioenen zijn een meisje, hooge rilde pinkstersterren op hun schrale stammetje zijn een meisje.

      Ik heb bij mijn weten nergens allusie gemaakt op hoelang ik welk woord ken… Ik ken het woord ‘rild’ al heel lang, maar het wordt weinig gebruikt, is wat archaisch, en allicht daarom vind je het in etymologische woordenboeken waarschijnlijk niet terug.

      Een ‘ril’ vind je overigens in Van Dale wel terug: het is bijvoorbeeld de verhoging tussen twee voren die een ploeg in de aarde trekt (een laag walletje als het ware), en een takkenril is daarvan afgeleid, en moet je dus begrijpen als een ril, een wal van takken.

      Edit: Oh ja, nu snap ik het: ik zeg inderdaad, ‘dat ik nog niet van takkenrillen had gehoord’… waarmee ik bedoelde een takkenril/takkenwal als object mij niet onmiddelijk bekend was.

  3. Gisteren nog beslist een van onze takkenmuren, zoals wij ze noemen, gedeeltelijk uit te halen om de takken daarna opnieuw te stapelen. De kinderen hebben weten de muur als speelplaats te waarderen, maar door al het lopen en springen bovenop de muur zijn de steunpalen opengevallen… @ Bart: vergeet geen schietschijf op de wal te bevestigen (een groot karton volstaat): ideaal om te vogelpikken of boogschieten: de pijlen blijven mooi (en veilig) steken. Door de middeleeuwers en indianen van het huis hier wordt de muur alvast ook zo misbruikt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.