Ik geef leven aan mijn planeet

Een tijd geleden las ik op de een artikel over de ondertekening door de museumdirectie van de verklaring ‘Save Biodiversity’.

Ik juichte dat initiatief toe, maar had niet onmiddelijk in de gaten dat de publiekscampagne hierrond toch wel wat breder is.
En plots, maanden later, las ik binnen korte tijd, twee blogberichten over de campagne ‘Ik geef leven aan mijn planeet‘. Eerst kwam ik zuiver toevallig terecht op de blog van Laurent Meese, Bibliothecaris in Blog, en al grasduinend in zijn blog vond ik zijn berichtje van 2 oktober, en vlak daarna schreef Muggenbeet dat hij ook VIP werd voor de biodiversiteit. En geef toe, kan je dan zelf nog achterblijven?

Intussen heb ik me dan ook geëngageerd.

Of misschien moet ik eerder zeggen: intussen heb ik dan ook mijn engagement op schrift gesteld…

Want achteraf kwam de vraag bij me op: ‘Tja, en wat voor verschil maakt dit nu echt?’ Niet dat ik nu zo’n vreselijke pessimist ben, maar bereikt zo’n campagne wel een breder publiek dan alleen maar de mensen die toch al overtuigd zijn?

Laat me even kijken waartoe ik me geëngageerd heb:

  • Ik plant een boom of haag in mijn tuin of in de buurt van mijn school of werk.
    Tja, hoewel we dus op dit ogenblik op het veld bezig zijn de biodiversiteit kansen te geven door één bepaalde boomsoort in aantal te verminderen, hebben we in onze tuin al heel veel bomen geplant, en er volgen er nog
  • Ik koop lokaal geproduceerde seizoensgroenten en -fruit.
    Het afgelopen half jaar hebben we de meeste van onze groenten en behoorlijk wat fruit zelf ‘lokaal geproduceerd’, maar ook als we zelf groenten kopen, kijken we naar wat het seizoen ons biedt. Geen aardbeien in december voor ons, maar wekelijks asperges in mei (van bij de boer in het dorp)!
  • Ik maak mijn eigen natuurlijke meststof door keukenresten, takken, bladeren en maaisel te composteren.
    Waarom dacht je dat wij onze GFT-container als opslagplaats voor het kippenvoer gebruiken?
  • Ik gebruik geen producten eindigend op -cide: herbicide, pesticide, insecticide, …
    Die zijn hier sowieso al nooit in huis gekomen…
  • Ik kies voor producten van de biologische landbouw.
    (al jaaaren)
  • Ik leg een vijvertje aan in mijn tuin of in de buurt van mijn school of werkplaats.
    Er is nog wat werk aan, maar we zijn er mee bezig…
  • Ik koop geen souvenirs op basis van koraal, zeesterren, zeepaardjes, schildpadden of levende exoten zoals kikkers en schildpadden.
    Wie wel?
  • Ik eet alleen vis gevangen of gekweekt op duurzame wijze.
    Ja, dat is een punt waar we niet altijd aandacht aan besteden.
  • Ik laat de natuur haar gang gaan in (een deel van) mijn tuin.
    Met deze toevoeging dat exoten, die de biodiversiteit net bedreigen (bv Amerikaanse vogelkers) wel worden weggehaald
  • Ik kies voor gecertificeerd hout en houtproducten.
    OK, daar gaan we (net zoals bij de verbouwing van het huis) weer op letten als we de schuur wat gaan opknappen.
  • Ik wandel of fiets minstens éénmaal per maand in de natuur.
    Allicht

En dus opnieuw de vraag… Hoeveel van de mensen die zich engageerden, deden eigenlijk niet meer dan een al lang aanwezig engagement uitspreken?
En natuurlijk is dat alleen maar heel erg fijn. En toch…

En toch hoop ik, dat je na lezing van dit stukje op de knop hiernaast gaat klikken, en dat ook jouw engagement woorden krijgt. Want als zo’n campagne ‘cijfers’ kan tonen, dan wordt wellicht ook het ‘beleid’ gevoeliger.

Deze buttons respecteren je privacy (zie info):

9 thoughts on “Ik geef leven aan mijn planeet

  1. Je hebt groot gelijk en ja het is een manier om te zeggen dat je bewust met de natuur bezig bent.
    Natuur is ons moedertje die altijd voor ons zorgt.. zonder iets terug te verwachten.. En dat terwijl ze ons allen in leven houdt!

  2. Uiteraard een heel goede campagne, maar ik vrees ook weer met een klein draagvlak.
    Zoals je zelf schrijft, deze campagne gaat voornamelijk die mensen bereiken die reeds bezig zijn met milieubewust leven.
    Maar wat met de man/vrouw in de straat?

    Zolang grote spelers in de maatschappij zoals media en overheid zich niet ten volle engageren, ga je weer niet ver raken.
    In het kader van biodiversiteit bv. zou men bv. veel strenger kunnen zijn op toegelaten dieren als huisdier.
    Hoeveel dieren, insecten en reptielen worden na verloop van tijd niet vrijgelaten omdat men ze “beu” is, waarna ze beginnen kweken in de natuur en inheemse soorten gaan verdringen. Voorbeelden genoeg.
    Opvangcentra voor Vogels en Wilde dieren zitten er vaak vol van.

    De media zou in haar talrijke kookprogramma’s bv. ook meer aandacht kunnen besteden aan koken met seizoensgebonden ingrediënten. Maar daar is precies de regel: des te exotischer je ingrediënten, des te gesofisticeerder je recepten zijn. Maar ook de “groen” programma’s, gaande over allerhande tuingelegenheden daar zie je de meeste troep de revue passeren. Uiteraard onder druk van de adverteerders, vaak net komende uit die hoek die zich niet kan vereenzelvigen met het thema in casu.

    De kleine man wordt aangespoord allerhande inspanningen te leveren, maar voelt zich vaak alleen in zijn strijd.
    En net als op politiek vlak, krijgt het ecologische in de meeste huiskamers de laagste prioriteit, en zijn er grotere belangen gemoeid, het sociaal economische.
    Veel mensen willen bijvoorbeeld wel biologisch geteelde groenten kopen, of gecertificeerd hout, maar zolang de prijzen niet concurrentieel worden met traditionele producten, blijft het, vrees ik, vechten tegen de bierkaai.

  3. Bedankt voor jullie reacties… en sorry dat het even duurde voor ze hier verschenen…
    Gisteren eens een andere Spam-plugin geïnstalleerd, en doet doet haar werk voorlopig nog een beetje al te gewetensvol.

  4. In de engagementen die je aangaat, vind ik me grotendeels terug. Alleen is het zo dat er een verschil is tussen mensen met een grote tuin en zij die, zoals ik, eerder bescheiden tuinieren (700 vierkante meter). Zo is het voor mij – esthetisch en praktisch – quasi onmogelijk om de natuur zijn gang te laten gaan in (een deel van) de tuin.
    Wat verdelging betreft, grijp ik vaak naar natuurlijke middelen, maar zonder de producten eindigend op -cide zou mijn groene oase er maar belabberd uitzien, vrees ik. Ik heb ondermeer tal van rozen en een ganse collectie hosta’s die ik zelfs met de ‘-ciden’ nauwelijks kan vrijwaren van ongedierte, laat staan dat ik het op een geheel natuurlijke wijze zou laten verlopen. ’t Is dat of jaar na jaar de planten vernield zien.

  5. Wat de grootte van onze tuin betreft, hebben wij natuurlijk een luxe-probleem… en ‘de natuur in een deel ervan zijn gang laten gaan’ is dan ook een goeie oplossing daarvoor.
    Enne, slakken… Wat is dat?
    Ook daar hebben wij geluk: af en toe kom ik wel eens een keer een huisjesslak tegen. Dat vind ik nog steeds heel plezant, want ik woonde als kind zowat 25 km verderop, op de meest zandige zandgrond van de Kempen waar absoluut geen spoortje kalk te vinden was. Huisjesslakken vind ik dan ook nog altijd ‘leuke beestjes’.
    En naaktslakken? Af en toe, als ik héél goed zoek, vind ik wel eens een exemplaat van toch wel een halve centimeter lang. Die dikke oranje-rooie exemplaren die 20 keer zo lang zijn… die gaan en masse een vriendin van mij die een kilometer verderop woont lastigvallen, maar hier in de tuin heb ik die echt nog nooit gezien.

    En mijn hosta’s? die staan er dan ook altijd heel mooi bij, (maar daar is het feit dat het hier nog steeds zandgrond is, allicht ook debet aan: ik heb mij laten vertellen dat hostablad op zandgrond minder ‘mals’ is dan op leem- of kleigrond, en daarom veel minder aantrekkelijk voor slakken.)

  6. Slakken zijn hier een plaag met een grote P. Nochtans tuinier ik eveneens op zandgrond (in de Zandstraat zelfs, kun je nagaan!). Wat ik wel doe, is hoe langer hoe meer overstappen naar Hostasoorten wiens bladeren slakken ongemoeid laten wegens de stevigheid ervan. Ook wat de rozen betreft, heb ik de afgelopen twee jaar een aantal ziekteresistentere exemplaren bijgeplant. Maar de ouderwetse (en ziektegevoeligere) David Austin-specimen wil ik helaas niet verwijderen wegens hun van oudsher adembenemende schoonheid.
    Tuinieren? ’t Is ook altijd wat. Ik had beter een echte job gekozen. 🙂

  7. Een tuin zonder slakken? Daar kan ik alleen maar van dromen. Het zijn niet enkel mijn hosta’s waar ze niet vanaf kunnen blijven. En nu we toch bezig zijn over pogingen om ongedierte zonder ‘-ciden’ aan te pakken; hoe verhuis ik de leliehaantjes naar de buren? Zo zonde van al mijn mooie lelies die elk jaar weer kaalgebladerd worden!
    Voor de rest scoor ik erg goed op je lijstje, behalve dan voor die fietstochten.

  8. Ik vrees dat ik nogal een ongewone aanpak heb van dit soort problemen.
    Ik heb ooit een Madonna-lelie in de tuin gehad, waar inderdaad de leliehaantjes gretig op afkwamen. Ik heb een tijdlang geprobeerd ze weg te vangen, maar dat hielp niet echt. Tja, dan laat ik vervolgens die beestjes maar begaan, en besluit dat mijn tuin dus niet de goede plek is voor die lelie, en dat ik maar naar iets anders op zoek moet.
    Eventueel zal ik zo’n plant dan nog wel één of twee keer een ander plekje in de tuin geven, in de hoop dat het daar beter bevalt.
    Maar eigenlijk heb ik heel weinig last van plagen in de tuin. Ik heb ooit een bijna juichend opgemerkt dat er bladluizen op één van mijn rozen zaten. (Het waren er een twintigtal, en er zat een volgevreten lieveheersbeestjeslarve vlakbij.)
    Omdat we zo’n grote tuin hebben, en dus op zoek moeten naar een zo weinig mogelijk arbeidsintensieve tuin, ga ik er bij de keuze van planten al van uit dat het geen ‘moeilijke’ planten mogen zijn, of dat het planten moeten zijn die qua eisen aan bodem en standplaats zich helemaal thuis zullen voelen op het plekje dat ze krijgen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.